Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. samenspraak:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor samenspraak (Nederlands) in het Duits

samenspraak:

samenspraak [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de samenspraak (dialoog; tweegesprek; tweespraak)
    der Dialog; die Konversation
  2. de samenspraak (gesprek; onderhoud)
    die Unerhaltung; Gespräch

Vertaal Matrix voor samenspraak:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Dialog dialoog; samenspraak; tweegesprek; tweespraak conversatie; gesprek
Gespräch gesprek; onderhoud; samenspraak conversatie; discussie; gesprek; lezing; mondeling onderhoud; praat; spreekbeurt
Konversation dialoog; samenspraak; tweegesprek; tweespraak conversatie; gesprek; mondeling onderhoud
Unerhaltung gesprek; onderhoud; samenspraak

Verwante woorden van "samenspraak":