Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. sleuf:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sleuf (Nederlands) in het Duits

sleuf:

sleuf [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de sleuf (opening; gleuf; kier)
    der Schlitz; die Furche; der Falz
    • Schlitz [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Furche [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Falz [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. de sleuf (langwerpige uitholling; gleuf; opening)
    die Rille; die Rinne; die Furche
    • Rille [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Rinne [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Furche [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. de sleuf
  4. de sleuf

Vertaal Matrix voor sleuf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Falz gleuf; kier; opening; sleuf groef; groeve; langwerpige uitholling; sponning
Furche gleuf; kier; langwerpige uitholling; opening; sleuf geul; groef; groeve; langwerpige uitholling; mijnschacht; sponning; vaargeul; vore
Rille gleuf; langwerpige uitholling; opening; sleuf groef; groeve; langwerpige uitholling; ribbel; vore
Rinne gleuf; langwerpige uitholling; opening; sleuf geul; groef; groeve; kreek; langwerpige uitholling; vaargeul; vore
Schlitz gleuf; kier; opening; sleuf boterham; insnijding; plak brood; snee; sneetje; split; sponning
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einschubfach sleuf
Steckplatz sleuf

Wiktionary: sleuf

sleuf
noun
  1. freier, langgezogener Streifen durch die Vegetation, insbesondere durch den Wald

Cross Translation:
FromToVia
sleuf Einschnitt rainure — mécanique|fr Petite entaille faite en long sur l’épaisseur d’une pièce mécanique, pour y assembler une autre pièce, ou pour servir à une coulisse.
sleuf Falte; Furche; Runzel sillontranchée que le soc, le coutre de la charrue ouvre dans la terre qu’on laboure.