Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. uitbarsten:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitbarsten (Nederlands) in het Duits

uitbarsten:

uitbarsten [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. uitbarsten (emotionele uitval; uitbarsting; uitval)
    der Ausfall; der Ausbruch; Ausbrechen; die Schrumpfung

Vertaal Matrix voor uitbarsten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ausbrechen emotionele uitval; uitbarsten; uitbarsting; uitval
Ausbruch emotionele uitval; uitbarsten; uitbarsting; uitval losbarsting; ontlading; ontsnapping; ontvluchting; plotselinge uitbarsting; uitbraak; uitbreken
Ausfall emotionele uitval; uitbarsten; uitbarsting; uitval uitvallen; wegvallen
Schrumpfung emotionele uitval; uitbarsten; uitbarsting; uitval afname; daling; minder worden; ontering; salarisverlaging; slinking; terugloop; val; verlaging; verschrompeling

Wiktionary: uitbarsten


Cross Translation:
FromToVia
uitbarsten explodieren; platzen; zerplatzen; ausbrechen exploserfaire explosion.

Verwante vertalingen van uitbarsten