Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitstrooiing (Nederlands) in het Duits

uitstrooiing:

uitstrooiing [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. uitstrooiing (verspreiding)
    die Verbreitung; die Verteilung; die Distribution; die Güterverteilung; die Zwangsbewirtschaftung

Vertaal Matrix voor uitstrooiing:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Distribution uitstrooiing; verspreiding afgifte; distributie; rantsoenering; uitdeling; uitgaaf; uitgifte; uitreiking; verstrekking
Güterverteilung uitstrooiing; verspreiding distributie; rantsoenering
Verbreitung uitstrooiing; verspreiding uitlegging; uitspreiding; verbreiding
Verteilung uitstrooiing; verspreiding distributie; doorgifte; indexdoorgifte; rantsoenering; spreiding
Zwangsbewirtschaftung uitstrooiing; verspreiding distributie; rantsoenering