Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. zoen:
  2. zoenen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zoen (Nederlands) in het Duits

zoen:

zoen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de zoen (smakker)
    der Kuß
    • Kuß [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zoen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kuß smakker; zoen klapzoen; kus; pakkerd

Verwante woorden van "zoen":


Wiktionary: zoen

zoen
noun
  1. die Berührung der Lippen auf die Lippen oder beliebige andere Körperteile (einschließlich der Zunge und der Geschlechtsorgane) eines anderen Menschen oder einen, durch diese Geste geliebten oder verehrten Gegenstand

Cross Translation:
FromToVia
zoen Kuss; Busserl kiss — touch with the lips
zoen Kuss baisercontact de la bouche sur le visage, sur les lèvres, sur quelque partie du corps d’une personne, par amitié, par amour, par civilité, par respect.

zoenen:

zoenen werkwoord (zoen, zoent, zoende, zoenden, gezoend)

  1. zoenen (kussen)
    küssen
    • küssen werkwoord (küsse, küssst, küsst, küsste, küsstet, gekußt)

Conjugations for zoenen:

o.t.t.
  1. zoen
  2. zoent
  3. zoent
  4. zoenen
  5. zoenen
  6. zoenen
o.v.t.
  1. zoende
  2. zoende
  3. zoende
  4. zoenden
  5. zoenden
  6. zoenden
v.t.t.
  1. heb gezoend
  2. hebt gezoend
  3. heeft gezoend
  4. hebben gezoend
  5. hebben gezoend
  6. hebben gezoend
v.v.t.
  1. had gezoend
  2. had gezoend
  3. had gezoend
  4. hadden gezoend
  5. hadden gezoend
  6. hadden gezoend
o.t.t.t.
  1. zal zoenen
  2. zult zoenen
  3. zal zoenen
  4. zullen zoenen
  5. zullen zoenen
  6. zullen zoenen
o.v.t.t.
  1. zou zoenen
  2. zou zoenen
  3. zou zoenen
  4. zouden zoenen
  5. zouden zoenen
  6. zouden zoenen
diversen
  1. zoen!
  2. zoent!
  3. gezoend
  4. zoenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor zoenen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
küssen kussen; zoenen

Verwante woorden van "zoenen":


Wiktionary: zoenen

zoenen
verb
  1. met de mond liefkozen

Cross Translation:
FromToVia
zoenen küssen kiss — to touch with the lips
zoenen → [[sich küssen]] kiss — to touch each other’s lips
zoenen küssen; Rummachen make out — To kiss or to make love
zoenen küssen baiser — Donner un baiser
zoenen küssen embrasser — donner un baiser