Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bewaker:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor bewaker:
    • custodian


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bewaker (Nederlands) in het Engels

bewaker:

bewaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bewaker (suppoost; portier; wacht)
    the guard; the attendant; the usher; the warder; the watchman; the sentry; the bodyguard
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • attendant [the ~] zelfstandig naamwoord
    • usher [the ~] zelfstandig naamwoord
    • warder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sentry [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bodyguard [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de bewaker (cipier; wacht; gevangenbewaarder)
    the warder; the watchman; the sentry; the guard
    • warder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sentry [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. de bewaker (portier; deurwachter; suppoost; wacht)
    the porter; the doorkeeper; the doorman
    – someone who guards an entrance 1
    • porter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • doorkeeper [the ~] zelfstandig naamwoord
    • doorman [the ~] zelfstandig naamwoord
    the attendant; the sentry; the guard; the watchman; the warder
    • attendant [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sentry [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • warder [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bewaker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attendant bewaker; deurwachter; portier; suppoost; wacht broeder; diaken; dierverzorger; hulp; oppasser; ordebewaarder; verpleger; verzorger; verzorgster; ziekenbroeder; ziekenoppasser
bodyguard bewaker; portier; suppoost; wacht lijfwacht
doorkeeper bewaker; deurwachter; portier; suppoost; wacht conciërge; portier
doorman bewaker; deurwachter; portier; suppoost; wacht
guard bewaker; cipier; deurwachter; gevangenbewaarder; portier; suppoost; wacht baanschuiver; begeleiding; beveiliging; die wakker is; escorte; garde; op wacht staan; persoon die op wacht staat; schildwacht; vergezellen; wacht; wachter; waker; wakker; wakker persoon
porter bewaker; deurwachter; portier; suppoost; wacht bagagedrager; drager; kruier; sjouwer
sentry bewaker; cipier; deurwachter; gevangenbewaarder; portier; suppoost; wacht wachtpost
usher bewaker; portier; suppoost; wacht suppoost; zaalwachter
warder bewaker; cipier; deurwachter; gevangenbewaarder; portier; suppoost; wacht
watchman bewaker; cipier; deurwachter; gevangenbewaarder; portier; suppoost; wacht die wakker is; persoon die op wacht staat; poortwachter; wachter; waker; wakker; wakker persoon
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guard behoeden; behouden; beschermen; bescherming bieden; beschutten; beveiligen; bewaken; hoeden; hoeden voor; in bescherming nemen; opletten; toezien op; van alarm voorzien; verdedigen; vrijwaren; waken; waken over
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attendant begeleidend

Wiktionary: bewaker

bewaker
noun
  1. een persoon die toezicht houdt op de veiligheid van iets of iemand
bewaker
noun
  1. guard, custodian
  2. guard or watcher
  3. person who or thing that protects something

Cross Translation:
FromToVia
bewaker charge; custody; guard; watch; on watch; duty period; marshal; watchman; warden; warder garde — Traductions à trier suivant le sens
bewaker guardian; guard; watchman; warden; warder; marshal; ranger gardienpersonne qui garder, qui surveiller, qui défendre.