Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. overmeesteren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overmeesteren (Nederlands) in het Engels

overmeesteren:

overmeesteren werkwoord (overmeester, overmeestert, overmeesterde, overmeesterden, overmeesterd)

  1. overmeesteren (overweldigen; zich meester maken van; overmannen)
    to overwhelm; to overpower; to take possession of something; to overcome; to tame
    • overwhelm werkwoord (overwhelms, overwhelmed, overwhelming)
    • overpower werkwoord (overpowers, overpowered, overpowering)
    • take possession of something werkwoord (takes possession of something, took possession of something, taking possession of something)
    • overcome werkwoord (overcomes, overcame, overcoming)
    • tame werkwoord (tames, tamed, taming)

Conjugations for overmeesteren:

o.t.t.
  1. overmeester
  2. overmeestert
  3. overmeestert
  4. overmeesteren
  5. overmeesteren
  6. overmeesteren
o.v.t.
  1. overmeesterde
  2. overmeesterde
  3. overmeesterde
  4. overmeesterden
  5. overmeesterden
  6. overmeesterden
v.t.t.
  1. heb overmeesterd
  2. hebt overmeesterd
  3. heeft overmeesterd
  4. hebben overmeesterd
  5. hebben overmeesterd
  6. hebben overmeesterd
v.v.t.
  1. had overmeesterd
  2. had overmeesterd
  3. had overmeesterd
  4. hadden overmeesterd
  5. hadden overmeesterd
  6. hadden overmeesterd
o.t.t.t.
  1. zal overmeesteren
  2. zult overmeesteren
  3. zal overmeesteren
  4. zullen overmeesteren
  5. zullen overmeesteren
  6. zullen overmeesteren
o.v.t.t.
  1. zou overmeesteren
  2. zou overmeesteren
  3. zou overmeesteren
  4. zouden overmeesteren
  5. zouden overmeesteren
  6. zouden overmeesteren
en verder
  1. ben overmeesterd
  2. bent overmeesterd
  3. is overmeesterd
  4. zijn overmeesterd
  5. zijn overmeesterd
  6. zijn overmeesterd
diversen
  1. overmeester!
  2. overmeestert!
  3. overmeesterd
  4. overmeesterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor overmeesteren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tame hoofddeksel; pet
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overcome overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van onderkrijgen; overbluffen; overdonderen; overwinnen; te boven komen; verslaan; winnen
overpower overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van onder gezag brengen; onderwerpen
overwhelm overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van bedelven; begraven; overladen; overstelpen
take possession of something overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van
tame overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van onder gezag brengen; onderwerpen; temmen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tame tam
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overcome bevangen

Wiktionary: overmeesteren

overmeesteren
verb
  1. to beat
  2. transitive: to subdue, put down