Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. aspirant:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aspirant (Nederlands) in het Engels

aspirant:

aspirant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de aspirant (gegadigde; kandidaat; geinteresseerde)
    the candidate; the applicant; the interested party; the nominee; the bachelor
  2. de aspirant (beginneling; beginner)
    the beginner; the starter
    • beginner [the ~] zelfstandig naamwoord
    • starter [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aspirant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
applicant aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat aanvraagster; aanvrager; aanzoeker; aspirante; kandidate; reflectant; rekwestrant; verzoeker; verzoekster; vraagster
bachelor aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat alleenstaande; vrijgezel
beginner aspirant; beginneling; beginner beginnelinge; beginner; beginster; nieuweling; nieuwkomer; starter
candidate aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat kandidaat; kandidate; reflectant
interested party aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat belanghebbende
nominee aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat
starter aspirant; beginneling; beginner beginner; beginster; bieder; inzetter; starter; voorgerecht
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bachelor alleenstaand; single

Verwante woorden van "aspirant":


Wiktionary: aspirant

aspirant
noun
  1. iemand die dingt naar een rang of betrekking, kandidaat