Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bijeenharken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijeenharken (Nederlands) in het Engels

bijeenharken:

bijeenharken werkwoord (hark bijeen, harkt bijeen, harkte bijeen, harkten bijeen, bijeengeharkt)

  1. bijeenharken
    to rake up
    • rake up werkwoord (rakes up, raked up, raking up)

Conjugations for bijeenharken:

o.t.t.
  1. hark bijeen
  2. harkt bijeen
  3. harkt bijeen
  4. harken bijeen
  5. harken bijeen
  6. harken bijeen
o.v.t.
  1. harkte bijeen
  2. harkte bijeen
  3. harkte bijeen
  4. harkten bijeen
  5. harkten bijeen
  6. harkten bijeen
v.t.t.
  1. heb bijeengeharkt
  2. hebt bijeengeharkt
  3. heeft bijeengeharkt
  4. hebben bijeengeharkt
  5. hebben bijeengeharkt
  6. hebben bijeengeharkt
v.v.t.
  1. had bijeengeharkt
  2. had bijeengeharkt
  3. had bijeengeharkt
  4. hadden bijeengeharkt
  5. hadden bijeengeharkt
  6. hadden bijeengeharkt
o.t.t.t.
  1. zal bijeenharken
  2. zult bijeenharken
  3. zal bijeenharken
  4. zullen bijeenharken
  5. zullen bijeenharken
  6. zullen bijeenharken
o.v.t.t.
  1. zou bijeenharken
  2. zou bijeenharken
  3. zou bijeenharken
  4. zouden bijeenharken
  5. zouden bijeenharken
  6. zouden bijeenharken
diversen
  1. hark bijeen!
  2. harkt bijeen!
  3. bijeengeharkt
  4. bijkeenharkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bijeenharken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rake up bijeenharken oprakelen; ter sprake brengen