Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. binnenbreken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor binnenbreken (Nederlands) in het Engels

binnenbreken:

binnenbreken werkwoord (breek binnen, breekt binnen, brak binnen, braken binnen, binnengebroken)

  1. binnenbreken
    to break in
    • break in werkwoord (breaks in, broke in, breaking in)

Conjugations for binnenbreken:

o.t.t.
  1. breek binnen
  2. breekt binnen
  3. breekt binnen
  4. breken binnen
  5. breken binnen
  6. breken binnen
o.v.t.
  1. brak binnen
  2. brak binnen
  3. brak binnen
  4. braken binnen
  5. braken binnen
  6. braken binnen
v.t.t.
  1. ben binnengebroken
  2. bent binnengebroken
  3. is binnengebroken
  4. zijn binnengebroken
  5. zijn binnengebroken
  6. zijn binnengebroken
v.v.t.
  1. was binnengebroken
  2. was binnengebroken
  3. was binnengebroken
  4. waren binnengebroken
  5. waren binnengebroken
  6. waren binnengebroken
o.t.t.t.
  1. zal binnenbreken
  2. zult binnenbreken
  3. zal binnenbreken
  4. zullen binnenbreken
  5. zullen binnenbreken
  6. zullen binnenbreken
o.v.t.t.
  1. zou binnenbreken
  2. zou binnenbreken
  3. zou binnenbreken
  4. zouden binnenbreken
  5. zouden binnenbreken
  6. zouden binnenbreken
diversen
  1. breek binnen!
  2. breekt binnen!
  3. binnengebroken
  4. binnenbrekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor binnenbreken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
break in binnenbreken africhten; beroven; binnen breken; dier africhten; dresseren; een inbraak doen; in de rede vallen; inbreken; inbreuk maken; interrumperen; onderbreken; overtreden; trainen