Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor haatdragend (Nederlands) in het Engels

haatdragend:

haatdragend bijvoeglijk naamwoord

  1. haatdragend (verbeten)
    recalcitrant; tight lipped
  2. haatdragend (rancuneus; wraakzuchtig; onverzoenlijk)
    vindictive; resentful; vengeful; irreconcilable

Vertaal Matrix voor haatdragend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
recalcitrant weigeraar
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
irreconcilable haatdragend; onverzoenlijk; rancuneus; wraakzuchtig onoverbrugbaar
recalcitrant haatdragend; verbeten bokkig; dwars; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; opstandig; rebellerend; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; stug; taai; weerbarstig; weerspannig
resentful haatdragend; onverzoenlijk; rancuneus; wraakzuchtig wrevelig
vengeful haatdragend; onverzoenlijk; rancuneus; wraakzuchtig
vindictive haatdragend; onverzoenlijk; rancuneus; wraakzuchtig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tight lipped haatdragend; verbeten

Verwante woorden van "haatdragend":

  • haatdragende