Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Vertaal hoepelen

Vertaal hoepelen van Nederlands naar Engels

Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hoepelen:
  2. hoepel:
  3. Wiktionary:

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hoepelen (Nederlands) in het Engels

hoepelen:

hoepelen werkwoord (hoepel, hoepelt, hoepelde, hoepelden, gehoepeld)

  1. hoepelen
    to bowl a hoop; to trundle a hoop; to play with hoops
    • bowl a hoop werkwoord (bowls a hoop, bowled a hoop, bowling a hoop)
    • trundle a hoop werkwoord (trundles a hoop, trundled a hoop, trundling a hoop)
    • play with hoops werkwoord (plays with hoops, played with hoops, playing with hoops)

Conjugations for hoepelen:

o.t.t.
  1. hoepel
  2. hoepelt
  3. hoepelt
  4. hoepelen
  5. hoepelen
  6. hoepelen
o.v.t.
  1. hoepelde
  2. hoepelde
  3. hoepelde
  4. hoepelden
  5. hoepelden
  6. hoepelden
v.t.t.
  1. heb gehoepeld
  2. hebt gehoepeld
  3. heeft gehoepeld
  4. hebben gehoepeld
  5. hebben gehoepeld
  6. hebben gehoepeld
v.v.t.
  1. had gehoepeld
  2. had gehoepeld
  3. had gehoepeld
  4. hadden gehoepeld
  5. hadden gehoepeld
  6. hadden gehoepeld
o.t.t.t.
  1. zal hoepelen
  2. zult hoepelen
  3. zal hoepelen
  4. zullen hoepelen
  5. zullen hoepelen
  6. zullen hoepelen
o.v.t.t.
  1. zou hoepelen
  2. zou hoepelen
  3. zou hoepelen
  4. zouden hoepelen
  5. zouden hoepelen
  6. zouden hoepelen
diversen
  1. hoepel!
  2. hoepelt!
  5. gehoepeld
  6. hoepelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor hoepelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bowl a hoop hoepelen
play with hoops hoepelen
trundle a hoop hoepelen

Verwante woorden van "hoepelen":


hoepelen vorm van hoepel:

hoepel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de hoepel (hoelahoepel; hoelahoep)
    the hoop
    • hoop [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hoepel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoop hoelahoep; hoelahoepel; hoepel

Verwante woorden van "hoepel":

  • hoepelen, hoepels, hoepeltje, hoepeltjes

Wiktionary: hoepel

hoepel
noun
  1. toy in the form of a large hoop
  2. circular band of metal used to bind a barrel
Cross Translation:
FromToVia
• hoepel → hoop ↔ cerceau — Cercle de fer
• hoepel → hoop ↔ cerceau — Cercle de bois







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0763 seconde
Page rendered in 1.0 seconds