Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hoofdstad:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hoofdstad (Nederlands) in het Engels

hoofdstad:

hoofdstad [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de hoofdstad
    the capital city; the chief town; the metropolis
    the capital
    – a center that is associated more than any other with some activity or product 1
    • capital [the ~] zelfstandig naamwoord
      • the crime capital of Italy1
      • the drug capital of Columbia1
  2. de hoofdstad
    the capital city

Vertaal Matrix voor hoofdstad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
capital hoofdstad financiële middelen; fortuin; geldmiddelen; geldvoorraad; grote som geld; hoofdletter; hoofdplaats; kapitaal
capital city hoofdstad hoofdplaats
chief town hoofdstad
metropolis hoofdstad metropool; wereldstad
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
capital aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; substantieel

Wiktionary: hoofdstad

hoofdstad
noun
  1. een belangrijke stad waarvandaan het land, de staat, deelstaat of provincie wordt bestuurd
hoofdstad
noun
  1. city designated as seat of government

Cross Translation:
FromToVia
hoofdstad capital; main city Hauptstadt — eine Stadt, in der die obersten Verwaltungsorgane und fast auch immer Regierungsorgane eines Staates, Landes, Bezirks, Kreises oder einer Region ihren Sitz haben
hoofdstad capital; capital city capitale — Ville principale