Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. insmeren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor insmeren (Nederlands) in het Engels

insmeren:

insmeren werkwoord (smeer in, smeert in, smeerde in, smeerden in, ingesmeerd)

  1. insmeren
    to rub in
    • rub in werkwoord (rubs in, rubbed in, rubbing in)

Conjugations for insmeren:

o.t.t.
  1. smeer in
  2. smeert in
  3. smeert in
  4. smeren in
  5. smeren in
  6. smeren in
o.v.t.
  1. smeerde in
  2. smeerde in
  3. smeerde in
  4. smeerden in
  5. smeerden in
  6. smeerden in
v.t.t.
  1. heb ingesmeerd
  2. hebt ingesmeerd
  3. heeft ingesmeerd
  4. hebben ingesmeerd
  5. hebben ingesmeerd
  6. hebben ingesmeerd
v.v.t.
  1. had ingesmeerd
  2. had ingesmeerd
  3. had ingesmeerd
  4. hadden ingesmeerd
  5. hadden ingesmeerd
  6. hadden ingesmeerd
o.t.t.t.
  1. zal insmeren
  2. zult insmeren
  3. zal insmeren
  4. zullen insmeren
  5. zullen insmeren
  6. zullen insmeren
o.v.t.t.
  1. zou insmeren
  2. zou insmeren
  3. zou insmeren
  4. zouden insmeren
  5. zouden insmeren
  6. zouden insmeren
en verder
  1. ben ingesmeerd
  2. bent ingesmeerd
  3. is ingesmeerd
  4. zijn ingesmeerd
  5. zijn ingesmeerd
  6. zijn ingesmeerd
diversen
  1. smeer in!
  2. smeert in!
  3. ingesmeerd
  4. insmerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor insmeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rub in insmeren afreizen; fouten benadrukken; heengaan; inoliën; invetten; oliën; smeren; uitwrijven; verdwijnen; verlaten; wegreizen; wegtrekken

Wiktionary: insmeren

insmeren
verb
  1. to spread (a surface) with a substance

Verwante vertalingen van insmeren