Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ledemaat:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ledemaat (Nederlands) in het Engels

ledemaat:

ledemaat [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de ledemaat (lichaamsdeel; lidmaat)
    the limb; the part of the body
  2. de ledemaat (been)
    the limb; the bone; the leg
    • limb [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bone [the ~] zelfstandig naamwoord
    • leg [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ledemaat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bone been; ledemaat bot; het binnenste van iets; kluif; merg
leg been; ledemaat been; kluif; onderstel; poot; staander; voet
limb been; ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat deelsoort; loot; tak; takje; twijg
part of the body ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bone afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bone benen

Verwante woorden van "ledemaat":


Wiktionary: ledemaat

ledemaat
noun
  1. a limb