Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. muziek:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor muziek (Nederlands) in het Engels

muziek:

muziek [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de muziek (toonkunst)
    the music
    • music [the ~] zelfstandig naamwoord

muziek

  1. muziek (naslag)
    the after beat
  2. muziek (rietje)
    the reed
    • reed [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor muziek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
after beat muziek; naslag
music muziek; toonkunst
reed muziek; rietje
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reed rieten

Verwante woorden van "muziek":

  • muziekje, muziekjes

Verwante definities voor "muziek":

  1. geheel van klanken door stemmen en/of instrumenten1
    • ik hou van moderne muziek1

Wiktionary: muziek

muziek
noun
  1. een akoestisch fenomeen
muziek
noun
  1. any pleasing or interesting sounds
  2. sound, organized in time in a melodious way

Cross Translation:
FromToVia
muziek music Musik — tonkünstlerisch komponiertes oder improvisiertes Werk
muziek music musiquecapacité intuitive de l’homme de combiner les sons de façon mélodique, rythmique et harmonique.

Verwante vertalingen van muziek