Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. regentschap:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor regentschap (Nederlands) in het Engels

regentschap:

regentschap [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het regentschap
    the reign; the rule
    • reign [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rule [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor regentschap:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reign regentschap bewind; dynastie; geslacht; regeringsstelsel; regime; staatsbestel
rule regentschap bewind; dienstvoorschrift; filter; gezag; macht; overheersing; regel; regeringsstelsel; regime; reglement; richtlijn; richtsnoer; staatsbestel; stelregel; voorschrift; wetmatigheid
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reign gezaghebben; heersen; heersen van griep; macht uitoefenen; overheersen; regeren; verspreiden van ziekte
rule bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; gezaghebben; heersen; heersen van griep; macht uitoefenen; opdragen; overheersen; regeren; verordenen; verordonneren; verspreiden van ziekte

Verwante woorden van "regentschap":

  • regentschappen