Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stoffen (Nederlands) in het Engels

stoffen:

stoffen werkwoord (stof, stoft, stofte, stoften, gestoft)

  1. stoffen (afstoffen; afnemen)
    to dust
    – remove the dust from 1
    • dust werkwoord (dusts, dusted, dusting)
      • dust the cabinets1
    to remove; to clear away; to clear up
    • remove werkwoord (removes, removed, removing)
    • clear away werkwoord (clears away, cleared away, clearing away)
    • clear up werkwoord (clears up, cleared up, clearing up)
  2. stoffen (op vuur pruttelen; smoren; sudderen; pruttelen)
    to stew
    • stew werkwoord (stews, stewed, stewing)

Conjugations for stoffen:

o.t.t.
  1. stof
  2. stoft
  3. stoft
  4. stoffen
  5. stoffen
  6. stoffen
o.v.t.
  1. stofte
  2. stofte
  3. stofte
  4. stoften
  5. stoften
  6. stoften
v.t.t.
  1. heb gestoft
  2. hebt gestoft
  3. heeft gestoft
  4. hebben gestoft
  5. hebben gestoft
  6. hebben gestoft
v.v.t.
  1. had gestoft
  2. had gestoft
  3. had gestoft
  4. hadden gestoft
  5. hadden gestoft
  6. hadden gestoft
o.t.t.t.
  1. zal stoffen
  2. zult stoffen
  3. zal stoffen
  4. zullen stoffen
  5. zullen stoffen
  6. zullen stoffen
o.v.t.t.
  1. zou stoffen
  2. zou stoffen
  3. zou stoffen
  4. zouden stoffen
  5. zouden stoffen
  6. zouden stoffen
en verder
  1. ben gestoft
  2. bent gestoft
  3. is gestoft
  4. zijn gestoft
  5. zijn gestoft
  6. zijn gestoft
diversen
  1. stof!
  2. stoft!
  3. gestoft
  4. stoffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor stoffen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dust afnemen; afstoffen; afwissen; stof; stofdeeltjes; stofje; vuiltje
remove afnemen; afstoffen; afwissen
stew stamppot
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
clear away afnemen; afstoffen; stoffen afruimen; bergen; demonteren; ontmantelen; onttakelen; opruimen; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen
clear up afnemen; afstoffen; stoffen demonteren; ontmantelen; onttakelen; opklaren; ruzie bijleggen; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen; uitpraten; wolken verdwijnen
dust afnemen; afstoffen; stoffen afkloppen; stof afkloppen
remove afnemen; afstoffen; stoffen aanrekenen; aanwrijven; afdoen; afhandelen; afnemen; afscheiden; afvoeren; afzonderen; beslechten; dalen; declineren; demonteren; disloqueren; ecarteren; iemand iets verwijten; kwalijk nemen; ledigen; leeghalen; leegmaken; lichten; lozen; minder worden; minderen; ontmantelen; onttakelen; ontzetten; reinigen; roeren; schoonmaken; schoonpoetsen; tanen; teruggaan; twist uit de weg ruimen; uit de macht ontzetten; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen; uithalen; uitscheiden; uitstoten; uitwerpen; verhuizen; verleggen; verminderen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervallen; vervoeren; vervreemden; verwijderen; verzetten; wegbrengen; wegdoen; weghalen; wegleiden; wegnemen; wegvoeren; wegwerken; zuiveren
stew op vuur pruttelen; pruttelen; smoren; stoffen; sudderen stoven

Verwante woorden van "stoffen":


stof:

stof [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de stof (materie)
    the matter; the stuff
    • matter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stuff [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de stof (textiel; weefsel)
    – weefsel gemaakt van draden 2
    the fabric; the cloth; the material; the textile
    – artifact made by weaving or felting or knitting or crocheting natural or synthetic fibers 1
    • fabric [the ~] zelfstandig naamwoord
      • the fabric in the curtains was light and semitransparent1
    • cloth [the ~] zelfstandig naamwoord
      • woven cloth originated in Mesopotamia around 5000 BC1
    • material [the ~] zelfstandig naamwoord
      • she measured off enough material for a dress1
    • textile [the ~] zelfstandig naamwoord

stof [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het stof (stofdeeltjes)
    the dust particles
    the dust
    – fine powdery material such as dry earth or pollen that can be blown about in the air 1
    • dust [the ~] zelfstandig naamwoord
      • the furniture was covered with dust1
  2. het stof
    – heel kleine droge deeltjes die overal neerdalen 2
    the dust
    – fine powdery material such as dry earth or pollen that can be blown about in the air 1
    • dust [the ~] zelfstandig naamwoord
      • the furniture was covered with dust1

Vertaal Matrix voor stof:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cloth stof; textiel; weefsel beddenlaken; bekleding; clerus; doek; geestelijkheid; geweven stof; goed; kledingmateriaal; kleed; laken; lakens; lap; linnen; linnengoed; poetslap; schilderijdoek; stoffeerderij; stoffering; stuk stof; tafelkleed; tafelkleedje; tafellaken; vaatdoek; weefsel; wollen weefsel
dust stof; stofdeeltjes afnemen; afstoffen; afwissen; stofje; vuiltje
dust particles stof; stofdeeltjes
fabric stof; textiel; weefsel geweven stof; textiel; textielwaren; weefsel
material stof; textiel; weefsel benodigdheid; materiaal
matter materie; stof aangelegenheid; affaire; artikel; bik; ding; feit; gebeurtenis; geval; goed; gruis; incident; item; kwestie; macadam; metselspecie; mortel; object; probleem; puin; split; steengruis; steenslag; substantie; voorval; voorwerp; vraagstuk; zaak
stuff materie; stof artikelen; bezittingen; bik; dingen; eigendommen; goedje; gruis; haschisch; hasj; hasjiesj; hennep; kiev; koopwaar; macadam; materiaal; metselspecie; mortel; puin; split; spul; spullen; steengruis; steenslag; stuff; voorwerpen; waar; wiet; zaakjes; zaken
textile stof; textiel; weefsel geweven stof; textiel; textielwaren; weefsel
- goed
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dust afkloppen; afnemen; afstoffen; stof afkloppen; stoffen
matter afzetten; uitdoen; uitmaken; uitschakelen; uitzetten
stuff ineen duwen; opzetten; proppen; stouwen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
material cruciaal; elementair; essentieel; materieel; noodzakelijk; stoffelijk; vereist
textile textiel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cloth lakens; linnen; van laken

Verwante woorden van "stof":


Synoniemen voor "stof":


Verwante definities voor "stof":

  1. weefsel gemaakt van draden2
    • de rok is gemaakt van een dure stof2
  2. dat waaruit iets bestaat2
    • deze stoffen zijn slecht voor de gezondheid2
  3. heel kleine droge deeltjes die overal neerdalen2
    • bovenop de boekenkast lag veel stof2
  4. onderwerp2
    • welke stof moet je voor het examen kennen?2

Wiktionary: stof

stof
noun
  1. materiaal, chemische verbinding
  2. weefsel, textiel
  3. heel kleine deeltjes
stof
noun
  1. kind of substance
  2. material made of fibers
  3. fine, dry particles
  4. miscellaneous items; things

Cross Translation:
FromToVia
stof powder; dust Staub — fein verteilte, kleine feste Partikel, die in der Luft schweben oder sich ablagern
stof matter matière — Ce qui a de la masse et occupe de l’espace.
stof dust poussièreparticule très fines de terre ou de toute autre matière réduire en poudre.
stof substance; matter; stuff substance — philosophie|fr Ce qui subsister par soi-même, indépendamment de tout accident.
stof cloth; material; stuff étoffe — textile|fr tissu de soie, de laine, de coton, etc., dont on faire des habits, dont on recouvre des meubles, etc.