Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tender:
  2. tenderen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tender (Nederlands) in het Engels

tender:

tender [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tender (kolenwagen; kolenkar)
    the tender; the coal-truck

Vertaal Matrix voor tender:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coal-truck kolenkar; kolenwagen; tender
tender kolenkar; kolenwagen; tender aanbesteding; betalingsmethode
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tender breekbaar; broos; delicaat; fijn; fijngevoelig; fijnzinnig; fragiel; frèle; iel; kwetsbaar; mals; murw; teder; teer; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; zwak

Verwante woorden van "tender":


Wiktionary: tender

tender
noun
  1. wagen achter een locomotief
tender
noun
  1. fuel-carrying railroad car

Cross Translation:
FromToVia
tender tender tenderwagon articuler qui forme l’arrière-train de la locomotive et qui contient le combustible et l’eau nécessaires à son approvisionnement.

tender vorm van tenderen:

tenderen werkwoord (tender, tendert, tenderde, tenderden, getenderd)

  1. tenderen
    to tend; to be inclined
    • tend werkwoord (tends, tended, tending)
    • be inclined werkwoord (is inclined, being inclined)

Conjugations for tenderen:

o.t.t.
  1. tender
  2. tendert
  3. tendert
  4. tenderen
  5. tenderen
  6. tenderen
o.v.t.
  1. tenderde
  2. tenderde
  3. tenderde
  4. tenderden
  5. tenderden
  6. tenderden
v.t.t.
  1. heb getenderd
  2. hebt getenderd
  3. heeft getenderd
  4. hebben getenderd
  5. hebben getenderd
  6. hebben getenderd
v.v.t.
  1. had getenderd
  2. had getenderd
  3. had getenderd
  4. hadden getenderd
  5. hadden getenderd
  6. hadden getenderd
o.t.t.t.
  1. zal tenderen
  2. zult tenderen
  3. zal tenderen
  4. zullen tenderen
  5. zullen tenderen
  6. zullen tenderen
o.v.t.t.
  1. zou tenderen
  2. zou tenderen
  3. zou tenderen
  4. zouden tenderen
  5. zouden tenderen
  6. zouden tenderen
en verder
  1. ben getenderd
  2. bent getenderd
  3. is getenderd
  4. zijn getenderd
  5. zijn getenderd
  6. zijn getenderd
diversen
  1. tender!
  2. tendert!
  3. getenderd
  4. tenderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor tenderen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
be inclined tenderen neigen tot
tend tenderen neigen tot; verplegen; verzorgen

Verwante woorden van "tenderen":