Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. verzegelen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verzegelen (Nederlands) in het Engels

verzegelen:

verzegelen werkwoord (verzegel, verzegelt, verzegelde, verzegelden, verzegeld)

  1. verzegelen
    to seal; to put under seal
    • seal werkwoord (seals, sealed, sealing)
    • put under seal werkwoord (puts under seal, put under seal, putting under seal)
  2. verzegelen
    to seal
    – To store data in such a way that it can be retrieved later by the same security support component, and only by that security support component. 1
    • seal werkwoord (seals, sealed, sealing)

Conjugations for verzegelen:

o.t.t.
  1. verzegel
  2. verzegelt
  3. verzegelt
  4. verzegelen
  5. verzegelen
  6. verzegelen
o.v.t.
  1. verzegelde
  2. verzegelde
  3. verzegelde
  4. verzegelden
  5. verzegelden
  6. verzegelden
v.t.t.
  1. heb verzegeld
  2. hebt verzegeld
  3. heeft verzegeld
  4. hebben verzegeld
  5. hebben verzegeld
  6. hebben verzegeld
v.v.t.
  1. had verzegeld
  2. had verzegeld
  3. had verzegeld
  4. hadden verzegeld
  5. hadden verzegeld
  6. hadden verzegeld
o.t.t.t.
  1. zal verzegelen
  2. zult verzegelen
  3. zal verzegelen
  4. zullen verzegelen
  5. zullen verzegelen
  6. zullen verzegelen
o.v.t.t.
  1. zou verzegelen
  2. zou verzegelen
  3. zou verzegelen
  4. zouden verzegelen
  5. zouden verzegelen
  6. zouden verzegelen
diversen
  1. verzegel!
  2. verzegelt!
  3. verzegeld
  4. verzegelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verzegelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
seal ijk; ijkmerk; inktstempel; keur; plakzegel; rob; stempel; verzegeling; waarborg; zeehond; zeerob; zegel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
put under seal verzegelen dichten; dichtmaken; dichtstoppen; stoppen
seal verzegelen afdichten; bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; dichten; dichtmaken; dichtstoppen; goedkeuren; homologeren; stempel zetten; stempelen; stoppen; van zegel voorzien

Wiktionary: verzegelen

verzegelen
verb
  1. to place a seal on (a document)
  2. to fasten (something) closed so that it cannot be opened without visible damage
  3. to place in a sealed container

Cross Translation:
FromToVia
verzegelen seal; stamp sceller — Marquer d’un sceau