Nederlands

Uitgebreide vertaling voor etteren (Nederlands) in het Engels

etteren:

etteren werkwoord (etter, ettert, etterde, etterden, geëtterd)

  1. etteren (vervelend doen)
    irritating; tedious; tiresome
  2. etteren (griepen; zeiken; klieren)
    to nag; to be a pain in the neck; to keep on
    • nag werkwoord (nags, nagged, nagging)
    • be a pain in the neck werkwoord (are a pain in the neck, being a pain in the neck)
    • keep on werkwoord (keeps on, kept on, keeping on)
  3. etteren (pus afscheiden)
    to fester; to suppurate
    • fester werkwoord (festers, festered, festering)
    • suppurate werkwoord (suppurates, suppurated, suppurating)

Conjugations for etteren:

o.t.t.
  1. etter
  2. ettert
  3. ettert
  4. etteren
  5. etteren
  6. etteren
o.v.t.
  1. etterde
  2. etterde
  3. etterde
  4. etterden
  5. etterden
  6. etterden
v.t.t.
  1. heb geëtterd
  2. hebt geëtterd
  3. heeft geëtterd
  4. hebben geëtterd
  5. hebben geëtterd
  6. hebben geëtterd
v.v.t.
  1. had geëtterd
  2. had geëtterd
  3. had geëtterd
  4. hadden geëtterd
  5. hadden geëtterd
  6. hadden geëtterd
o.t.t.t.
  1. zal etteren
  2. zult etteren
  3. zal etteren
  4. zullen etteren
  5. zullen etteren
  6. zullen etteren
o.v.t.t.
  1. zou etteren
  2. zou etteren
  3. zou etteren
  4. zouden etteren
  5. zouden etteren
  6. zouden etteren
diversen
  1. etter!
  2. ettert!
  3. geëtterd
  4. etterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor etteren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nag geitenbreier; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
be a pain in the neck etteren; griepen; klieren; zeiken
fester etteren; pus afscheiden inkankeren
irritating etteren; vervelend doen
keep on etteren; griepen; klieren; zeiken aandringen; aanhouden; aanlaten; continueren; doorgaan; doorzetten; op iets aandringen; standhouden; verdergaan; vervolgen; volharden; volhouden; voortgaan; voortzetten
nag etteren; griepen; klieren; zeiken aandringen; chicaneren; doordrammen; doordrukken; drammen; dwarszitten; harrewarren; jennen; klagen; kleinzielig gedragen; op zijn hart hebben; pesten; plagen; sarren; stangen; tarten; tergen; treiteren; uitdagen; zeuren; zieken
suppurate etteren; pus afscheiden
tedious etteren; vervelend doen
tiresome etteren; vervelend doen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
irritating ergerlijk; irritant; irriterend; prikkelend; vervelend
tedious afgezaagd; bokkig; breedsprakig; breedvoerig; dwars; eentonig; koppig; langdradig; monotoon; omslachtig; omstandig; saai; slaapverwekkend; stijfhoofdig; suf; taai; uitgebreid; uitvoerig; vervelend; weerbarstig; weerspannig; wijdlopig; zonder afleiding
tiresome ergerlijk; irritant; vervelend

Verwante woorden van "etteren":


Wiktionary: etteren

etteren
verb
  1. intr|nld (medisch, nld) het bij sommige ontstekingen afscheiden van een geelgroen wondvocht (etter)
etteren
verb
  1. to fester

Cross Translation:
FromToVia
etteren suppurate suppurer — médecine|fr rendre du pus.

etteren vorm van etter:

etter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de etter (etterbak)
    the creep; the wretch; the nasty piece of work; the wretched fellow; the pain in the ass; the pain in the neck; the scoundrel; the rotter
  2. de etter (pus)
    the pus
    • pus [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor etter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
creep etter; etterbak engerd; geitenbreier; griezel; griezeltje; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
nasty piece of work etter; etterbak ellendeling; galbak; klier; kreng; mispunt; schoft; schurk; smeerlap; stuk ongeluk
pain in the ass etter; etterbak geitenbreier; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
pain in the neck etter; etterbak ellendeling; geitenbreier; hinderlijk persoon; kaffer; klier; kreng; lastpak; lastpost; mispunt; rotvent; schoft; schurk; smeerlap; snertvent; stuk ongeluk; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
pus etter; pus
rotter etter; etterbak ellendeling; galbak; kaffer; klier; kreng; mispunt; rotvent; schoft; schurk; smeerlap; snertvent; stuk ongeluk
scoundrel etter; etterbak bengel; blaag; boef; boefje; deugniet; eikel; ellendeling; fielt; galbak; galgenbrok; galgentronie; hoerenjong; hond; hondsvot; kaffer; klier; klootzak; kreng; kuttenkop; kwajongen; loeder; lul; mispunt; naarling; ondeugd; pleurislijder; pleurislijer; ploert; rotvent; rotzak; schavuit; schelm; schobbejak; schoelje; schoft; schurk; smeerlap; smiecht; smiek; snaak; snertvent; spitsboef; stinkerd; stuk ongeluk; vlegel
wretch etter; etterbak drommel; ellendeling; galbak; geitenbreier; klier; kreng; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; mispunt; nietsnut; ongelukkige; schoft; schooier; schurk; slampamper; slapkous; sloeber; smeerlap; stakker; stuk ongeluk; stumper; zielenpiet
wretched fellow etter; etterbak ellendeling; galbak; geitenbreier; klier; kreng; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; mispunt; nietsnut; schoft; schurk; slampamper; slapkous; smeerlap; stuk ongeluk
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
creep kruipen

Verwante woorden van "etter":

  • etteren, etters, ettertje, ettertjes

Wiktionary: etter

etter
noun
  1. wittig vocht met witte bloedlichaampjes en bacteriën dat bij een ontsteking afgescheiden wordt
  2. een onaangenaam persoon
etter
noun
  1. annoying person
  2. fluid found in regions of infection