Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. knus:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor knus (Nederlands) in het Engels

knus:

knus bijvoeglijk naamwoord

  1. knus (behaaglijk; aangenaam)
    pleasant; comfortable; cosy; snug; agreeable; pleasurable; cozy
  2. knus (gezellig; huiselijk; knusjes)
    cosy; snugly; cosily; snug; cozily; cozy
    • cosy bijvoeglijk naamwoord, Brits
    • snugly bijwoord
    • cosily bijwoord, Brits
    • snug bijvoeglijk naamwoord
    • cozily bijwoord, Amerikaans
    • cozy bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor knus:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agreeable aangenaam; behaaglijk; knus aangenaam; fijn; geschikt; lekker; plezierig; prettig; tof
comfortable aangenaam; behaaglijk; knus aangenaam; behaaglijk; comfortabel; draagbaar; gemakkelijk; geriefelijk; gerieflijk; goedzittend; plezierig; senang; te dragen
cosy aangenaam; behaaglijk; gezellig; huiselijk; knus; knusjes aangenaam; gezellig; onderhoudend; plezierig; sfeervol; sociabel
cozy aangenaam; behaaglijk; gezellig; huiselijk; knus; knusjes aangenaam; gezellig; onderhoudend; plezierig; sfeervol; sociabel
pleasant aangenaam; behaaglijk; knus aangenaam; behaaglijk; blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; fideel; fijn; fleurig; geestig; genietbaar; genoeglijk; geschikt; gezellig; heugelijk; heuglijk; jofel; jolig; kleurig; kwiek; lekker; leuk; levendig; lustig; monter; onderhoudend; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; plezant; plezierig; prettig; sfeervol; sociabel; te genieten; tof; uitgelaten; verblijdend; vrolijk; wakker; welgemoed; zonnig
pleasurable aangenaam; behaaglijk; knus
snug aangenaam; behaaglijk; gezellig; huiselijk; knus; knusjes
- gezellig; prettig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cosily gezellig; huiselijk; knus; knusjes
cozily gezellig; huiselijk; knus; knusjes
snugly gezellig; huiselijk; knus; knusjes

Verwante woorden van "knus":


Synoniemen voor "knus":


Verwante definities voor "knus":

  1. wat een aangename sfeer heeft1
    • ze heeft van die knusse gordijntjes1

Wiktionary: knus

knus
adjective
  1. aangenaam van gezelschap en eniszins intiem
knus
adjective
  1. affording comfort and warmth

Cross Translation:
FromToVia
knus intimate; close; inmost; innermost; personal intimeprofondément intérieur, en parlant surtout de ce qui fait l’essence réelle d’une chose.