Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koker (Nederlands) in het Spaans

koker:

koker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de koker (kokervormig doosje; foedraal; etui)
    el estuche
    • estuche [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. de koker (waterkoker)
    el caldera; la pava eléctrica; el calentador de agua; el aparato que hierve el aqua

Vertaal Matrix voor koker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aparato que hierve el aqua koker; waterkoker
caldera koker; waterkoker cv-ketel; ketel; ketelbikker; kookketel; verwarmingsketel; waterketel
calentador de agua koker; waterkoker ketel; kookketel
estuche etui; foedraal; koker; kokervormig doosje; pennendoosje; pennenkoker bolster; buitenkant; dop; etui; houder; huls; omhulling; omhulsel; omkleedsel; omwindsel; pennenhouder; schaal; schil; schulp
pava eléctrica koker; waterkoker

Verwante woorden van "koker":


Wiktionary: koker


Cross Translation:
FromToVia
koker recipiente; contenedor; depósito; container BehälterGegenstand mit einem hinreichenden Innenvolumen zum Aufbewahren oder Transportieren fester, flüssiger oder gasförmiger Stoffe
koker aljaba; carcaj quiver — arrow container
koker tubo tube — cylindrical container
koker caja; estuche; jarro; olla; cajón; transbordador bac — Traductions à trier suivant le sens
koker caja; estuche; jarro; olla; tina; cuba; artesa baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
koker carcaj; carcax; aljaba carquois — Étui à flèches
koker infiernillo; brasero réchaudustensile de ménage dans lequel on met du feu pour chauffer les mets, pour tenir chauds les plats et pour d’autres usages.