Briefje in het Spaans vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

briefje:
- billete de banco; papel; billete; anotación; apunte; certificado
brief:
- epístola
- carta
Wiktionary:
- brief → carta, epístola
- brief → carta de presentación, carta, epístola

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor briefje (Nederlands) in het Spaans

briefje:

briefje [het ~] zelfstandig naamwoord

het briefje (bankbiljet; papiergeld)
el billete de banco; el papel; el billete
- billete de banco [el ~] zelfstandig naamwoord
- papel [el ~] zelfstandig naamwoord
- billete [el ~] zelfstandig naamwoord
het briefje (aantekening; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel)
la anotación; el apunte
- anotación [la ~] zelfstandig naamwoord
- apunte [el ~] zelfstandig naamwoord
het briefje (attest; bewijs)
el certificado
- certificado [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor briefje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anotación	aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel	aantekening; annoteren; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; krabbelbriefje; noot; notitie; opschrijving; ruchtbaarheid; schrijfsel
apunte	aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel	aanslijpen; aantekening; annoteren; noot; notitie; opschrijving; optekening
billete	bankbiljet; briefje; papiergeld	entreebiljet; kaart; kaartje; pasje; plaatsbewijs; ticket; toegangsbewijs
billete de banco	bankbiljet; briefje; papiergeld
certificado	attest; bewijs; briefje	beveiligingscertificaat; brevet; certificaat; charter; digitaal certificaat; diploma; het uitspreken; licentie; oorkonde; uitsluitsel; uitspraak
papel	bankbiljet; briefje; papiergeld	papier
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
certificado		aangetekend

Verwante woorden van "briefje":

briefjes, brief

briefje vorm van brief:

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief (epistel; schrijven)
la epístola
- epístola [la ~] zelfstandig naamwoord

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief
la carta
- carta [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brief:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
carta	brief	bul; carte; handvest; kaart; keuze-item; menu; menukaart; speelkaart; spijskaart; statuut; universiteitsdiploma
epístola	brief; epistel; schrijven	epistel; zendbrief der Apostelen

Verwante woorden van "brief":

briefen, brieven, briefje, briefjes

Verwante definities voor "brief":

bankbiljet¹
- een briefje van honderd¹
geschreven boodschap aan iemand¹
- ik schrijf mijn moeder een brief¹

Wiktionary: brief

brief

noun

een geschreven bericht van een persoon naar een ander, meestal in een omslag per post verzonden
- brief → carta; epístola

Cross Translation:

From	To	Via
• brief	→ carta de presentación	↔ cover letter — letter to introduce a document
• brief	→ carta	↔ letter — written message
• brief	→ carta	↔ Brief — eine geschriebene, verschlossene Mitteilung, die (meist gegen Bezahlung) per Post oder Boten verschickt wird
• brief	→ carta; epístola	↔ lettre — Message écrit

¹Muiswerk Woordenboek

Remove Ads

Vertaal briefje van Nederlands naar Spaans

Uitgebreide vertaling voor briefje (Nederlands) in het Spaans

briefje:

briefje [het ~] zelfstandig naamwoord

het briefje (bankbiljet; papiergeld)

het briefje (aantekening; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel)

het briefje (attest; bewijs)

Vertaal Matrix voor briefje:

Verwante woorden van "briefje":

briefje vorm van brief:

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief (epistel; schrijven)

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief

Vertaal Matrix voor brief:

Verwante woorden van "brief":

Verwante definities voor "brief":

Wiktionary: brief