Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. erbij komen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor erbij komen (Nederlands) in het Spaans

erbij komen:

erbij komen werkwoord (kom erbij, komt erbij, kwam erbij, kwamen erbij, erbij gekomen)

  1. erbij komen
    acercarse; acudir

Conjugations for erbij komen:

o.t.t.
  1. kom erbij
  2. komt erbij
  3. komt erbij
  4. komen erbij
  5. komen erbij
  6. komen erbij
o.v.t.
  1. kwam erbij
  2. kwam erbij
  3. kwam erbij
  4. kwamen erbij
  5. kwamen erbij
  6. kwamen erbij
v.t.t.
  1. ben erbij gekomen
  2. bent erbij gekomen
  3. is erbij gekomen
  4. zijn erbij gekomen
  5. zijn erbij gekomen
  6. zijn erbij gekomen
v.v.t.
  1. was erbij gekomen
  2. was erbij gekomen
  3. was erbij gekomen
  4. waren erbij gekomen
  5. waren erbij gekomen
  6. waren erbij gekomen
o.t.t.t.
  1. zal erbij komen
  2. zult erbij komen
  3. zal erbij komen
  4. zullen erbij komen
  5. zullen erbij komen
  6. zullen erbij komen
o.v.t.t.
  1. zou erbij komen
  2. zou erbij komen
  3. zou erbij komen
  4. zouden erbij komen
  5. zouden erbij komen
  6. zouden erbij komen
diversen
  1. kom erbij!
  2. komt erbij!
  3. erbij gekomen
  4. erbij komend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor erbij komen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acercarse naderen; tegemoetkomen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acercarse erbij komen aankomen; aanvliegen; arriveren; benaderen; bereiken; dichtbijkomen; dichterbij komen; doordringen; geraken; naderbij komen; naderen; penetreren in; terecht komen; toenaderen
acudir erbij komen aanlopen; komen aanlopen; opdagen; opduiken; opkomen; toelopen; verschijnen

Verwante vertalingen van erbij komen