Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. krakeel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor krakeel (Nederlands) in het Spaans

krakeel:

krakeel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het krakeel (drukte; heisa)
    el ajetreo; el lío; la disputa; la riña; el follón
    • ajetreo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • lío [el ~] zelfstandig naamwoord
    • disputa [la ~] zelfstandig naamwoord
    • riña [la ~] zelfstandig naamwoord
    • follón [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor krakeel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ajetreo drukte; heisa; krakeel drukte; gedoe; gedraaf; gedrang; gehaast; gehol; gejaag; gejacht; gejakker; getob; omhaal; rompslomp; toeloop; toevloed; veel gedoe
disputa drukte; heisa; krakeel argument; debat; discussie; dispuut; feit; gebakkelei; gebeurtenis; gedachtenverandering; gedachtewisseling; gehakketak; gekibbel; gekif; gekijf; gekrakeel; geruzie; geschil; gesprek; handgemeen; incident; kwestie; onenigheid; probleem; redestrijd; redetwist; ruzie; schermutseling; twist; twistgesprek; voorval; vraagstuk; woordenstrijd; woordenwisseling
follón drukte; heisa; krakeel gedonderjaag; gedram; geharrewar; gemekker; geravot; gestoei; gezanik; gezeur; stoeierij; stoeipartij
lío drukte; heisa; krakeel affaire; bos; bundel; complicatie; drukte; gedoe; geharrewar; heisa; intrige; liaison; liefdesrelatie; omhaal; plot; probleem; relatie; rottigheid; scharrelpartijtje; toestand; verhouding; verwikkeling; vrijage
riña drukte; heisa; krakeel gebakkelei; gehakketak; geharrewar; gekibbel; gekif; gekijf; gekrakeel; gelazer; geruzie; narigheid; trammelant; vechtpartij

Verwante woorden van "krakeel":