Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. loods:
  2. lood:
  3. loodsen:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor loods (Nederlands) in het Spaans

loods:

loods [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de loods (bouwkeet; hangaar; keet; barak)
    la cabaña; la cabina; la barraca
    • cabaña [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cabina [la ~] zelfstandig naamwoord
    • barraca [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. de loods (gids; begeleider; leidsman)
    el guía; el mentor
    • guía [el ~] zelfstandig naamwoord
    • mentor [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor loods:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barraca barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods armoedige woning; barak; bouwvakkersonderkomen; cabine; dierenverblijfplaats; gelagkamer; herdershutje; hok; hulpgebouw; hut; kamertje; kavalje; keet; kleine herdershut; kot; krot; noodgebouw; schuur; soepzootje; soldatenkamer
cabaña barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods armoedige woning; cabine; dierenverblijfplaats; herdershut; herdershutje; hok; hokje; hol; hol van een dier; huisje; hut; hutje; kamertje; kleine herdershut; kot; leger; schuilplaats
cabina barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods armoedige woning; badhokje; cabine; cockpit; herdershutje; hok; hut; hutje; kajuit; kamertje; kleedhokje; kleedkamer; kleine herdershut; kot; pashokje; paskamer; spreekcel; stuurcabine; telefooncel
guía begeleider; gids; leidsman; loods aanwijzingen; begeleidster; bevorderaar; dienstregeling; gebruiksaanwijzing; gids; handboek; handleiding; hopman; informatieboek; instructies; leidraad; opleidster; promotor; reisbegeleider; reisboek; reisgids; reisleider; reisleidster; reiswijzer; rondleider; sponning; spoorboekje; tijdschema; wegwijzer
mentor begeleider; gids; leidsman; loods aanvoerder; baas; docent; hoofd; hoofdman; instructeur; leermeester; leider; leraar; meerdere; meester; opleidster; patroon; superieur
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
guía hulplijn

Verwante woorden van "loods":


Wiktionary: loods

loods
noun
  1. een gebouw voor opslag van goederen
  2. een persoon die schepen begeleidt bij het varen van en naar een haven

Cross Translation:
FromToVia
loods práctico Lotse — Seemann, der berufsmäßig Schiffe durch schwierige Gewässer in den Hafen berät
loods cobertizo; galpón shed — temporary structure to shelter something
loods quiosco; aguaducho kiosque — urbanisme|fr siècle|XVIII Dans l’aménagement des parc et jardin, pavillon pour l’agrément ou la musique, d’inspiration oriental, de structure léger et ouverte et de plan circulaire ou polygonal.
loods puesto échoppe — Petite boutique ordinairement en appentis et adossée contre une muraille.

loods vorm van lood:

lood [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het lood
    el plomo
    • plomo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lood:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plomo lood kogel

Verwante woorden van "lood":


Verwante definities voor "lood":

  1. zwaar en zacht metaal1
    • deze kogels zijn van lood1

Wiktionary: lood

lood
noun
  1. een scheikundig element met symbool Pb en atoomnummer 82

Cross Translation:
FromToVia
lood plomo lead — chemical element
lood plomo BleiChemie: silbernes, leichtverformbares, toxisch wirkendes Metall
lood plomo plomb — Élément, métal.

loodsen:

loodsen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de loodsen (bergschuren; keten)
    el almacenes

Vertaal Matrix voor loodsen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
almacenes bergschuren; keten; loodsen magazijnen; pakhuizen; warenhuizen

Verwante woorden van "loodsen":


Wiktionary: loodsen


Cross Translation:
FromToVia
loodsen sirgar; remolcar; atoar; arrastrar; empujar bugsieren — (transitiv), Seefahrt: ein Schiff durch Lotsen ins Schlepptau nehmen und an einen bestimmten Ort schleppen

Verwante vertalingen van loods