Nederlands

Uitgebreide vertaling voor nadenkend (Nederlands) in het Spaans

nadenkend:

nadenkend bijvoeglijk naamwoord

  1. nadenkend (in gedachten verzonken; mijmerend; peinzend)
    ensimismado; pensativo; soñador; meditabundo; abismado; meditativo; absorto en sus pensamientos
  2. nadenkend (verstandig; wijselijk; wijs; )
    razonable; sabio; sensato; sabihondo

Vertaal Matrix voor nadenkend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
meditabundo mijmeraar
sabio hooggeleerde; hoogleraar; prof; professor; wetenschapper; wetenschapsbeoefenaar
soñador dromer; fantast; utopist
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abismado in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend
absorto en sus pensamientos in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend
ensimismado in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend ingetrokken
meditabundo in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend dromerig; geneigd te dromen
meditativo in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend beschouwbaar; beschouwelijk; dromerig; geneigd te dromen
pensativo in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend
razonable bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig billijk; fatsoenlijk; geschikt; netjes; ordentelijk; redelijk; reëel; schappelijk
sabihondo bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig belerend; geniaal; meesterachtig; schoolmeesterachtig; vernuftig
sabio bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig belezen; diep; diepzinnig; erudiet; geleerd; geletterd; geniaal; gestudeerd; hooggeleerd; intelligent; ontwikkeld; slim; vernuftig; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld
sensato bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; niet beschonken; nuchter; omzichtig
soñador in gedachten verzonken; mijmerend; nadenkend; peinzend dromerig; geneigd te dromen; mijmerend; soezend; suffend

nadenken:

nadenken werkwoord (denk na, denkt na, dacht na, dachten na, nagedacht)

  1. nadenken (prakkiseren; peinzen; piekeren)
    pensar; reflexionar
  2. nadenken (overpeinzen; beschouwen; overdenken; )
    pensar; considerar; contemplar; agradar; reflexionar; reflexionar sobre; idear; fantasear; meditar

Conjugations for nadenken:

o.t.t.
  1. denk na
  2. denkt na
  3. denkt na
  4. denken na
  5. denken na
  6. denken na
o.v.t.
  1. dacht na
  2. dacht na
  3. dacht na
  4. dachten na
  5. dachten na
  6. dachten na
v.t.t.
  1. heb nagedacht
  2. hebt nagedacht
  3. heeft nagedacht
  4. hebben nagedacht
  5. hebben nagedacht
  6. hebben nagedacht
v.v.t.
  1. had nagedacht
  2. had nagedacht
  3. had nagedacht
  4. hadden nagedacht
  5. hadden nagedacht
  6. hadden nagedacht
o.t.t.t.
  1. zal nadenken
  2. zult nadenken
  3. zal nadenken
  4. zullen nadenken
  5. zullen nadenken
  6. zullen nadenken
o.v.t.t.
  1. zou nadenken
  2. zou nadenken
  3. zou nadenken
  4. zouden nadenken
  5. zouden nadenken
  6. zouden nadenken
diversen
  1. denk na!
  2. denkt na!
  3. nagedacht
  4. nadenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor nadenken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contemplar aankijken; aanschouwen; in de ogen kijken
fantasear fantaseren; opdissen
pensar denken; prakkizeren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agradar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen aangenaam aandoen; aanstaan; behagen; believen; bevallen; gelieven; goeddunken; plezieren
considerar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen aanmerken; aannemen; afwegen; beraadslagen; beraden; beschouwen; consideren; considereren; geloven; iets overwegen; in overweging nemen; op het oog hebben; overdenken; overleggen; overwegen; raad inwinnen; zich beraden
contemplar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen aanschouwen; afwegen; bekijken; beschouwen; blikken; blikken werpen; gadeslaan; gewaarworden; horen; in de gaten houden; in het oog houden; kijken; merken; observeren; onderscheiden; ontwaren; opletten; opmerken; overdenken; overwegen; signaleren; speurend kijken; staren; toezien; turen; voelen; waarnemen; zien
fantasear bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden
idear bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden
meditar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen considereren; in overweging nemen; mijmeren; overwegen
pensar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen; piekeren; prakkiseren afwegen; bedenken; beschouwen; considereren; denken; fantaseren; in overweging nemen; inleven; invoelen; meedenken; meeleven; mijmeren; overdenken; overwegen; uitdenken; verdichten; verzinnen; voelen; voorwenden
reflexionar bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen; piekeren; prakkiseren afwegen; beschouwen; bezinnen; considereren; in gedachten verzonken zijn; in overweging nemen; mijmeren; overdenken; overwegen; raad inwinnen; zich beraden
reflexionar sobre bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen afwegen; beschouwen; considereren; in overweging nemen; overdenken; overwegen; raad inwinnen; zich beraden
- denken; peinzen

Synoniemen voor "nadenken":


Verwante definities voor "nadenken":

  1. je hersens laten werken1
    • zonder erbij na te denken gaf hij antwoord1

Wiktionary: nadenken

nadenken
verb
  1. (inergatief) ~ over: mentaal aandacht schenken aan een bepaald onderwerp of probleem

Cross Translation:
FromToVia
nadenken meditar méditerréfléchir sur quelque chose, l’examiner mûrement, de manière à l’approfondir.
nadenken reflejar; reflexionar; meditar réfléchir — À trier
nadenken soñar; pensar songer — (vieilli) voir en songe, rêver.