Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. samenlopen:
  2. samenloop:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor samenlopen (Nederlands) in het Spaans

samenlopen:

samenlopen werkwoord (loop samen, loopt samen, liep samen, liepen samen, samengelopen)

  1. samenlopen (samenvallen)
    coincidir

Conjugations for samenlopen:

o.t.t.
  1. loop samen
  2. loopt samen
  3. loopt samen
  4. lopen samen
  5. lopen samen
  6. lopen samen
o.v.t.
  1. liep samen
  2. liep samen
  3. liep samen
  4. liepen samen
  5. liepen samen
  6. liepen samen
v.t.t.
  1. ben samengelopen
  2. bent samengelopen
  3. is samengelopen
  4. zijn samengelopen
  5. zijn samengelopen
  6. zijn samengelopen
v.v.t.
  1. was samengelopen
  2. was samengelopen
  3. was samengelopen
  4. waren samengelopen
  5. waren samengelopen
  6. waren samengelopen
o.t.t.t.
  1. zal samenlopen
  2. zult samenlopen
  3. zal samenlopen
  4. zullen samenlopen
  5. zullen samenlopen
  6. zullen samenlopen
o.v.t.t.
  1. zou samenlopen
  2. zou samenlopen
  3. zou samenlopen
  4. zouden samenlopen
  5. zouden samenlopen
  6. zouden samenlopen
diversen
  1. loop samen!
  2. loopt samen!
  3. samengelopen
  4. samenlopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

samenlopen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. samenlopen
    la coincidencias; la confluencias

Vertaal Matrix voor samenlopen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coincidencias samenlopen
confluencias samenlopen samenstromingen; samenvloeiingen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coincidir samenlopen; samenvallen congruent zijn; correct zijn; kloppen; kloppen met; overeenkomen; overeenkomen met; overeenstemmen; overeenstemmen met; stroken; stroken met

Verwante woorden van "samenlopen":


samenloop:

samenloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de samenloop
    la concurrencia; la confluencia

Vertaal Matrix voor samenloop:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
concurrencia samenloop drukte; gedrang; toeloop; toevloed
confluencia samenloop samenstroming; samenvloeiing

Verwante woorden van "samenloop":