Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. ter sprake brengen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ter sprake brengen (Nederlands) in het Spaans

ter sprake brengen:

ter sprake brengen werkwoord (breng ter sprake, brengt ter sprake, bracht ter sprake, brachten ter sprake, tersprake gebracht)

  1. ter sprake brengen (te berde brengen; aanvoeren; entameren; )
    plantear; abordar
  2. ter sprake brengen (zeggen; vertellen; naar voren brengen; opmerken; verwoorden)
  3. ter sprake brengen (gesprek aanknopen; aansnijden; starten; )
    abrir; inaugurar; trabar conversación; aumentar; lanzar; abordar
  4. ter sprake brengen (aankaarten; aansnijden; op tafel leggen)
  5. ter sprake brengen (oprakelen)
    avivar

Conjugations for ter sprake brengen:

o.t.t.
  1. breng ter sprake
  2. brengt ter sprake
  3. brengt ter sprake
  4. brengen ter sprake
  5. brengen ter sprake
  6. brengen ter sprake
o.v.t.
  1. bracht ter sprake
  2. bracht ter sprake
  3. bracht ter sprake
  4. brachten ter sprake
  5. brachten ter sprake
  6. brachten ter sprake
v.t.t.
  1. heb tersprake gebracht
  2. hebt tersprake gebracht
  3. heeft tersprake gebracht
  4. hebben tersprake gebracht
  5. hebben tersprake gebracht
  6. hebben tersprake gebracht
v.v.t.
  1. had tersprake gebracht
  2. had tersprake gebracht
  3. had tersprake gebracht
  4. hadden tersprake gebracht
  5. hadden tersprake gebracht
  6. hadden tersprake gebracht
o.t.t.t.
  1. zal ter sprake brengen
  2. zult ter sprake brengen
  3. zal ter sprake brengen
  4. zullen ter sprake brengen
  5. zullen ter sprake brengen
  6. zullen ter sprake brengen
o.v.t.t.
  1. zou ter sprake brengen
  2. zou ter sprake brengen
  3. zou ter sprake brengen
  4. zouden ter sprake brengen
  5. zouden ter sprake brengen
  6. zouden ter sprake brengen
en verder
  1. ben tersprake gebracht
  2. bent tersprake gebracht
  3. is tersprake gebracht
  4. zijn tersprake gebracht
  5. zijn tersprake gebracht
  6. zijn tersprake gebracht
diversen
  1. breng ter sprake!
  2. brengt ter sprake!
  3. tersprake gebracht
  4. ter sprake brengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor ter sprake brengen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrir opendoen; openmaken
lanzar gesmijt; omhoog werpen; opwerpen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abordar aankaarten; aanknopen; aansnijden; aanvoeren; entameren; gesprek aanknopen; op tafel leggen; openen; opperen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen aanklampen; aanpakken; aanvatten; beetgrijpen; beetpakken; enteren; grijpen; onderhanden nemen; onderuithalen; tekkelen; vastklampen; vastpakken
abrir aankaarten; aanknopen; aansnijden; entameren; gesprek aanknopen; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen afbakenen; afpalen; afzetten; beginnen; begrenzen; inleiden; inluiden; kraken; losbreken; loskrijgen; losmaken; losslaan; lostornen; omlijnen; ontgrendelen; ontsluiten; openbreken; opendoen; openen; openleggen; openmaken; openschuiven; openslaan; openstellen; opentrekken; starten; toegankelijk maken; tornen; uithalen; uittrekken; vrijgeven
aumentar aankaarten; aanknopen; aansnijden; entameren; gesprek aanknopen; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; bezwaren; de hoogte ingaan; expanderen; gedijen; gewicht toevoegen; groeien; groter worden; omhooggaan; openen; opvoeren; opzetten; stijgen; toenemen; uitbouwen; uitbreiden; uitdijen; verbreiden; vergroten; vermeerderen; verruimen; verwijden; verzwaren; zwaarder maken
avivar oprakelen; ter sprake brengen aanblazen; aanjagen; aanmoedigen; aansporen; aanstoken; aanvuren; aanwakkeren; aanzetten; aanzetten tot; activeren; animeren; bezielen; instigeren; motiveren; opfokken; ophitsen; opjutten; oppeppen; oppoken; opruien; opstoken; opwekken; poken; porren; provoceren; stimuleren; stoken; toejuichen
inaugurar aankaarten; aanknopen; aansnijden; entameren; gesprek aanknopen; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen beginnen; heiligen; inaugureren; inhuldigen; inleiden; inluiden; inwijden; inzegenen; openen; plechtig bevestigen; starten; wijden; zegenen
lanzar aankaarten; aanknopen; aansnijden; entameren; gesprek aanknopen; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen afschieten; afsmijten; afvuren; afwerpen; afzien van rechtsvervolging; jonassen; kwakken; lanceren; laten zien; naar beneden werpen; naar voren brengen; neerkwakken; neerwerpen; omhooggooien; omlaag werpen; op de markt brengen; opgooien; opperen; opwerpen; poneren; schieten; schoten lossen; seponeren; smakken; smijten; stellen; suggereren; tevoorschijn brengen; tevoorschijn halen; uitgeven; uitgooien; uitwerpen; vuren
plantear aankaarten; aansnijden; aanvoeren; entameren; op tafel leggen; opperen; opwerpen; te berde brengen; ter sprake brengen ervan uitgaan; naar voren brengen; omhoogwerpen; opperen; opwerpen; poneren; stellen
poner sobre el tapete aankaarten; aansnijden; naar voren brengen; op tafel leggen; opmerken; ter sprake brengen; vertellen; verwoorden; zeggen
sacar a relucir naar voren brengen; opmerken; ter sprake brengen; vertellen; verwoorden; zeggen
trabar conversación aankaarten; aanknopen; aansnijden; entameren; gesprek aanknopen; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen

Wiktionary: ter sprake brengen


Cross Translation:
FromToVia
ter sprake brengen plantear; sugerir; proponer moot — to bring up as a subject for debate, to propose

Verwante vertalingen van ter sprake brengen