Nederlands

Uitgebreide vertaling voor annuleren (Nederlands) in het Frans

annuleren:

annuleren werkwoord (annuleer, annuleert, annuleerde, annuleerden, geannuleerd)

  1. annuleren (afzeggen; nietig verklaren; afbestellen; intrekken; afgelasten)
    annuler; suspendre; supprimer; révoquer; retirer; résilier; décommander; abandonner
    • annuler werkwoord (annule, annules, annulons, annulez, )
    • suspendre werkwoord (suspends, suspend, suspendons, suspendez, )
    • supprimer werkwoord (supprime, supprimes, supprimons, supprimez, )
    • révoquer werkwoord (révoque, révoques, révoquons, révoquez, )
    • retirer werkwoord (retire, retires, retirons, retirez, )
    • résilier werkwoord (résilie, résilies, résilions, résiliez, )
    • décommander werkwoord (décommande, décommandes, décommandons, décommandez, )
    • abandonner werkwoord (abandonne, abandonnes, abandonnons, abandonnez, )
  2. annuleren
    annuler
    • annuler werkwoord (annule, annules, annulons, annulez, )

Conjugations for annuleren:

o.t.t.
  1. annuleer
  2. annuleert
  3. annuleert
  4. annuleren
  5. annuleren
  6. annuleren
o.v.t.
  1. annuleerde
  2. annuleerde
  3. annuleerde
  4. annuleerden
  5. annuleerden
  6. annuleerden
v.t.t.
  1. heb geannuleerd
  2. hebt geannuleerd
  3. heeft geannuleerd
  4. hebben geannuleerd
  5. hebben geannuleerd
  6. hebben geannuleerd
v.v.t.
  1. had geannuleerd
  2. had geannuleerd
  3. had geannuleerd
  4. hadden geannuleerd
  5. hadden geannuleerd
  6. hadden geannuleerd
o.t.t.t.
  1. zal annuleren
  2. zult annuleren
  3. zal annuleren
  4. zullen annuleren
  5. zullen annuleren
  6. zullen annuleren
o.v.t.t.
  1. zou annuleren
  2. zou annuleren
  3. zou annuleren
  4. zouden annuleren
  5. zouden annuleren
  6. zouden annuleren
diversen
  1. annuleer!
  2. annuleert!
  3. geannuleerd
  4. annulerende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

annuleren [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. annuleren (afbestellen)
    l'annuler; l'annulation
  2. annuleren (nietigverklaring; tenietdoening; annulering; ongeldig verklaren)
    l'annulation; l'annihilation; l'invalidation

Vertaal Matrix voor annuleren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annihilation annuleren; annulering; nietigverklaring; ongeldig verklaren; tenietdoening
annulation afbestellen; annuleren; annulering; nietigverklaring; ongeldig verklaren; tenietdoening afgelasting; afzegging; cassatie; ongeldigheidsverklaring; uitschrijving
annuler afbestellen; annuleren
invalidation annuleren; annulering; nietigverklaring; ongeldig verklaren; tenietdoening ongeldigverklaring
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abandonner afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren afbreken; afhaken; afstand doen; afvallen; afzeggen; afzien; afzien van; bedanken; danken; de brui geven aan; ermee uitscheiden; eruitstappen; gaan; heengaan; in de steek laten; opbreken; opgeven; ophouden; opstappen; staken; stoppen; uitscheiden; verlaten; vertrekken; verwijderen; weggaan
annuler afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren afblazen; afgelasten; afspraak afzeggen; afzeggen; bedanken; danken; delgen; nullificeren; omruilen; omwisselen; ondervangen; ongedaan maken; ongeldig maken; opheffen; retourneren; ruilen; te niet doen; teniet doen; tenietdoen; terugbrengen; terugdraaien; teruggeven; terugschroeven; terugzenden; verijdelen; vernietigen; verwijderen; verwisselen; wisselen
décommander afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren
retirer afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren aanwrijven; achteroverdrukken; afnemen; bedaren; bedwingen; beheersen; benemen; beroven van; beschuldigen; beteugelen; blameren; depriveren; gappen; herroepen; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; in bedwang houden; inpikken; intomen; intrekken; jatten; kapen; kwalijk nemen; laken; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegstelen; loshalen; matigen; nadragen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; te kort doen; terugkomen op; terugroepen; toeëigenen; uithalen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; voor de voeten gooien; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zijn woorden terugnemen
résilier afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren afsluiten; bedanken; beëindigen; danken; een einde maken aan; eindigen; ontbinden; opheffen; ophouden; stoppen; uiteen doen gaan
révoquer afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren herroepen; intrekken; ontzetten; terugkomen op; terugnemen; terugroepen; uit de macht ontzetten; zijn woorden terugnemen
supprimer afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren afbreken; afkrijgen; afmaken; afronden; afschaffen; afschrijven; afwerken; beëindigen; breken; completeren; doden; doodmaken; doodslaan; een einde maken aan; klaarkrijgen; klaarmaken; liquideren; neerhalen; nullificeren; ombrengen; omverhalen; ondervangen; opbreken; opdoeken; opheffen; slopen; teniet doen; uit elkaar halen; uitroeien; van kant maken; verijdelen; vermoorden; vernietigen; verwijderen; volbrengen; volmaken; voltooien; zuur opbreken
suspendre afbestellen; afgelasten; afzeggen; annuleren; intrekken; nietig verklaren afsluiten; beëindigen; een einde maken aan; eindigen; ophangen; ophouden; opknopen; schorsen; stilleggen; stoppen; suspenderen

Wiktionary: annuleren

annuleren
verb
  1. iets afgelasten
annuleren
Cross Translation:
FromToVia
annuleren abandonner; interrompre; s'arrêter; échouer abort — computing: to terminate a process prior to completion
annuleren annuler annul — formally revoke the validity of
annuleren se désabonner; résilier; annuler; mettre fin cancel — invalidate, annul
annuleren annuler nullify — to make legally invalid
annuleren abroger; annuler; révoquer repeal — to cancel
annuleren abroger rescind — repeal, annul, or declare void
annuleren annuler; résilier; révoquer void — to make invalid or worthless
annuleren annuler annullieren — (transitiv) etwas auflösen, für ungültig erklären

Annuleren:

Annuleren werkwoord

  1. Annuleren
    Annuler

Vertaal Matrix voor Annuleren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Annuler Annuleren