Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tijdelijk (Nederlands) in het Frans

tijdelijk:

tijdelijk bijvoeglijk naamwoord

  1. tijdelijk (voorlopig; provisorisch; temporeel; )
    temporaire; provisoire; temporairement; intérimaire; provisoirement; temporel; momentané
  2. tijdelijk (temporeel)
    temporaire
  3. tijdelijk (voorbijgaand)
    temporairement; éphémère; momentané; fugace; temporaire; passager; passagère

Vertaal Matrix voor tijdelijk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
intérimaire hulpkracht; invaller; noodhulp; plaatsvervanger; remplaçant; representant; substituut; uitzendkracht; vertegenwoordiger
passager inzittende; opvarende; passagier; reiziger
passagère opvarende
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
provisoire aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang contraceptief; de komende tijd; preventief; tijdelijke; voorbehoedend; voorlopig; voorlopig bezet
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fugace tijdelijk; voorbijgaand eindig; haastig; kortstondig; terloops; vergankelijk; vluchtig; voorbijgaand
intérimaire aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang de komende tijd; loco-; plaatsvervangend; voorlopig; waarnemend
momentané aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang
passager tijdelijk; voorbijgaand de komende tijd; voorlopig
passagère tijdelijk; voorbijgaand de komende tijd; voorlopig
provisoirement aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang de komende tijd; huidig; momenteel; tegenwoordig; van vandaag; vooralsnog; vooreerst; voorlopig; voorshands
temporaire aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang de komende tijd; tijdelijke; voorlopig
temporairement aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang de komende tijd; voorlopig
temporel aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang de komende tijd; voorlopig
éphémère tijdelijk; voorbijgaand eindig; haastig; kortstondig; terloops; vergankelijk; vluchtig; voorbijgaand

Verwante woorden van "tijdelijk":


Antoniemen van "tijdelijk":


Verwante definities voor "tijdelijk":

  1. maar voor een korte serie momenten1
    • zij woont tijdelijk in het huis van vrienden1

Wiktionary: tijdelijk

tijdelijk
adjective
  1. voor een beperkte tijd, niet permanent
adverb
  1. voor een beperkte tijd, niet permanent
tijdelijk
adjective
  1. Qui se fait attendre une autre chose, préalablement à une autre chose qui sera définitive.
  2. Pour une durée limitée, éphémère.
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
tijdelijk temporaire; provisoire temporary — for a limited time, ephemeral, not constant
tijdelijk provisoire; temporaire transitional — temporary; pending the implementation of something new
tijdelijk éphémère; momentané; momentanée; passager; passagère; provisoire; temporaire; transitoire vorübergehend — nur für kurze Zeit