Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. villen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor villen (Nederlands) in het Frans

villen:

villen werkwoord (vil, vilt, vilde, vilden, gevild)

  1. villen (stropen; afhalen; afstropen; uitbenen)
    dépouiller; écorcher
    • dépouiller werkwoord (dépouille, dépouilles, dépouillons, dépouillez, )
    • écorcher werkwoord (écorche, écorches, écorchons, écorchez, )

Conjugations for villen:

o.t.t.
  1. vil
  2. vilt
  3. vilt
  4. villen
  5. villen
  6. villen
o.v.t.
  1. vilde
  2. vilde
  3. vilde
  4. vilden
  5. vilden
  6. vilden
v.t.t.
  1. heb gevild
  2. hebt gevild
  3. heeft gevild
  4. hebben gevild
  5. hebben gevild
  6. hebben gevild
v.v.t.
  1. had gevild
  2. had gevild
  3. had gevild
  4. hadden gevild
  5. hadden gevild
  6. hadden gevild
o.t.t.t.
  1. zal villen
  2. zult villen
  3. zal villen
  4. zullen villen
  5. zullen villen
  6. zullen villen
o.v.t.t.
  1. zou villen
  2. zou villen
  3. zou villen
  4. zouden villen
  5. zouden villen
  6. zouden villen
diversen
  1. vil!
  2. vilt!
  3. gevild
  4. villend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor villen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dépouiller afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen beroven; bestelen; binnen breken; een inbraak doen; iets uitschudden; inbreken; leegplunderen; plunderen; roven; uitkleden; uitplunderen; van kleding ontdoen
écorcher afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen aan flarden scheuren; afleggen; afschaven; afzetten; bedonderen; bedriegen; beduvelen; belazeren; besodemieteren; bezwijken; het onderspit delven; misleiden; ontvellen; oplichten; stropen; tenondergaan; uit elkaar rukken; uit elkaar trekken; uiteentrekken; verscheuren; zwendelen

Wiktionary: villen

villen
verb
  1. van het vel ontdoen
villen
Cross Translation:
FromToVia
villen écorcher skin — to remove the skin of