Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. binnenkomen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor binnenkomen (Nederlands) in het Frans

binnenkomen:

binnenkomen werkwoord (kom binnen, komt binnen, kwam binnen, kwamen binnen, binnengekomen)

  1. binnenkomen (binnentreden; betreden; ingaan; )
    entrer; rentrer; entrer dans; entrer en vigueur; pénétrer dans; pénétrer
    • entrer werkwoord (entre, entres, entrons, entrez, )
    • rentrer werkwoord (rentre, rentres, rentrons, rentrez, )
    • entrer dans werkwoord
    • entrer en vigueur werkwoord
    • pénétrer dans werkwoord
    • pénétrer werkwoord (pénètre, pénètres, pénétrons, pénétrez, )

Conjugations for binnenkomen:

o.t.t.
  1. kom binnen
  2. komt binnen
  3. komt binnen
  4. komen binnen
  5. komen binnen
  6. komen binnen
o.v.t.
  1. kwam binnen
  2. kwam binnen
  3. kwam binnen
  4. kwamen binnen
  5. kwamen binnen
  6. kwamen binnen
v.t.t.
  1. ben binnengekomen
  2. bent binnengekomen
  3. is binnengekomen
  4. zijn binnengekomen
  5. zijn binnengekomen
  6. zijn binnengekomen
v.v.t.
  1. was binnengekomen
  2. was binnengekomen
  3. was binnengekomen
  4. waren binnengekomen
  5. waren binnengekomen
  6. waren binnengekomen
o.t.t.t.
  1. zal binnenkomen
  2. zult binnenkomen
  3. zal binnenkomen
  4. zullen binnenkomen
  5. zullen binnenkomen
  6. zullen binnenkomen
o.v.t.t.
  1. zou binnenkomen
  2. zou binnenkomen
  3. zou binnenkomen
  4. zouden binnenkomen
  5. zouden binnenkomen
  6. zouden binnenkomen
diversen
  1. kom binnen!
  2. komt binnen!
  3. binnengekomen
  4. binnekomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor binnenkomen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
entrer betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan binnen gaan; doen in; inbrengen; indoen; instoppen; intikken; intoetsen; intypen; invoeren; penetreren
entrer dans betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan belopen; betreden; bewandelen; binnendringen; binnenrijden; binnenvallen; binnenvaren; importeren; indringen; infiltreren; inrijden; instappen; invallen; invaren; invoeren; te voet afleggen
entrer en vigueur betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan aanbreken; aanvangen; beginnen; een begin nemen; in werking treden; starten; van start gaan
pénétrer betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan bereiken; binnen gaan; doorboren; doordringen; doorgronden; gaatjes maken in; inprenten; op het hart drukken; penetreren; penetreren in; perforeren
pénétrer dans betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan aankomen; betreden; bezoeken; binnendringen; binnenmarcheren; binnentrekken; binnenvallen; haven binnenvaren; indringen; infiltreren; inlopen; invallen; langskomen; op bezoek komen; opzoeken; penetreren; voorbijkomen; zich binnenwroeten; zich binnenwurmen
rentrer betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan binnenrijden; binnenzetten; inhalen; inrijden; keren; naar binnen halen; omkeren; retourneren; teruggaan; terugkeren; terugkomen; wederkeren; weerkeren

Antoniemen van "binnenkomen":


Verwante definities voor "binnenkomen":

  1. ergens in gaan1
    • komt u binnen, dokter Jansen1

Wiktionary: binnenkomen

binnenkomen
verb
  1. een ruimte betreden
binnenkomen
Cross Translation:
FromToVia
binnenkomen entrée EingangÖffnung zum Betreten eines begrenzten Bereiches, z. B. eines Gebäudes

Verwante vertalingen van binnenkomen