Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. gas geven:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gas geven (Nederlands) in het Frans

gas geven:

gas geven werkwoord (geef gas, geeft gas, gaf gas, gaven gas, gas gegeven)

  1. gas geven (optrekken van auto; accelereren)
    accélérer; démarrer
    • accélérer werkwoord (accélère, accélères, accélérons, accélérez, )
    • démarrer werkwoord (démarre, démarres, démarrons, démarrez, )

Conjugations for gas geven:

o.t.t.
  1. geef gas
  2. geeft gas
  3. geeft gas
  4. geven gas
  5. geven gas
  6. geven gas
o.v.t.
  1. gaf gas
  2. gaf gas
  3. gaf gas
  4. gaven gas
  5. gaven gas
  6. gaven gas
v.t.t.
  1. heb gas gegeven
  2. hebt gas gegeven
  3. heeft gas gegeven
  4. hebben gas gegeven
  5. hebben gas gegeven
  6. hebben gas gegeven
v.v.t.
  1. had gas gegeven
  2. had gas gegeven
  3. had gas gegeven
  4. hadden gas gegeven
  5. hadden gas gegeven
  6. hadden gas gegeven
o.t.t.t.
  1. zal gas geven
  2. zult gas geven
  3. zal gas geven
  4. zullen gas geven
  5. zullen gas geven
  6. zullen gas geven
o.v.t.t.
  1. zou gas geven
  2. zou gas geven
  3. zou gas geven
  4. zouden gas geven
  5. zouden gas geven
  6. zouden gas geven
diversen
  1. geef gas!
  2. geeft gas!
  3. gas gegeven
  4. gas gevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor gas geven:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accélérer accelereren; gas geven; optrekken van auto accelereren; bespoedigen; gang maken; hard draven; verhaasten; versnellen
démarrer accelereren; gas geven; optrekken van auto aanbinden; aanbreken; aangaan; aankaarten; aanknopen; aansnijden; aanvangen; beginnen; een begin nemen; entameren; gaan rijden; gesprek aanknopen; inluiden; intreden; inzetten; losgooien; loswerpen; ondernemen; op gang komen; openen; opstarten; opwerpen; spurten; starten; te berde brengen; ter sprake brengen; van start gaan

Verwante vertalingen van gas geven