Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koers (Nederlands) in het Frans

koers:

koers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de koers (wisselkoers; valuta; herleidingskoers)
    le taux de conversion; le change; le cours du change; la cote des changes
  2. de koers (richting)
    la direction; l'orientation; le sens; la route
    • direction [la ~] zelfstandig naamwoord
    • orientation [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sens [le ~] zelfstandig naamwoord
    • route [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de koers (route)
    la route; la direction
    • route [la ~] zelfstandig naamwoord
    • direction [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. de koers (vaarroute)
    le cap; la route; la direction; la route d'un navire
  5. de koers (zeeroute; zeeweg; scheepvaartroute)
    la voie maritime; la route maritime

Vertaal Matrix voor koers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cap koers; vaarroute kaap; voorgebergte
change herleidingskoers; koers; valuta; wisselkoers geldwissel
cote des changes herleidingskoers; koers; valuta; wisselkoers
cours du change herleidingskoers; koers; valuta; wisselkoers deviezenkoers
direction koers; richting; route; vaarroute Raad van Bestuur; aanvoeren; aanvoering; bediening; bedrijfsleiding; beheer; besturen; besturing; bestuur; bewind; directeurschap; directie; directieteam; directoraat; hemelstreek; kompasstreek; leiding; leidinggeven; leidinggevend orgaan; management; managementteam; regeringsstelsel; regime; staatsbestel; voorgaan; windstreek
orientation koers; richting afstudeerrichting; geneigdheid; gerichtheid; gerichtheid op; neiging; oriëntatie; oriëntatie op; studierichting; tendens; trend
route koers; richting; route; vaarroute afstand; baan; baanvak; buitenweg; carrière; dreef; etappe; landweg; loopbaan; paadje; pad; ronde; route; straat; straatweg; tournee; traject; trekpad; weg
route d'un navire koers; vaarroute
route maritime koers; scheepvaartroute; zeeroute; zeeweg
sens koers; richting afmeting; bedoeling; beduidenis; beduiding; belang; betekenis; dimensie; doel; formaat; geest; gevoel; gewichtigheid; grootte; inhoud; maat; mate; nut; omvang; orgaan; sentiment; strekking; teneur; zin; zintuig
taux de conversion herleidingskoers; koers; valuta; wisselkoers conversieverhouding; deviezenkoers; omrekeningskoers
voie maritime koers; scheepvaartroute; zeeroute; zeeweg
- richting
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
change omrekening van buitenlandse valuta; valutaomrekening
orientation afdrukstand

Verwante woorden van "koers":


Synoniemen voor "koers":


Verwante definities voor "koers":

  1. waarde van het geld1
    • wat is de koers van de gulden?1
  2. de kant waar het heen gaat1
    • wat is de koers van dit schip?1

Wiktionary: koers

koers
noun
  1. scheepvaart|nld luchtvaart|nld de richting die een vaartuig of een vliegtuig op een bepaald moment aanhoudt of wil aanhouden
koers
noun
  1. estimation d’une chose, ce qu’elle se vendre, ce qu’on l’acheter, ce qu’on la payer.

Cross Translation:
FromToVia
koers cours course — onward movement

koersen:

koersen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de koersen (zeeroutes; zeewegen)
    la routes maritimes; la voies maritimes
  2. de koersen (aandelenkoersen)
    le cours
    • cours [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor koersen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cours aandelenkoersen; koersen algemeenheid; beloop; college; cursus; gangbaarheid; gebruikelijkheid; geloofsleer; hofjes; instructie; kleine huisjes om binnenplein; kursus; leer; leergang; leerstelling; leerstuk; lering; les; lesuur; onderricht; onderrichting; onderwijs; ontwikkelingsgang; progressie; schoolpleinen; speelplaatsen; speelpleinen; studie; universitaire les; verloop; voortgang; vooruitgang; vordering
routes maritimes koersen; zeeroutes; zeewegen
voies maritimes koersen; zeeroutes; zeewegen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
cours cursus

Verwante woorden van "koersen":


Verwante vertalingen van koers