Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. meeslepen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor meeslepen (Nederlands) in het Frans

meeslepen:

meeslepen werkwoord (sleep mee, sleept mee, sleepte mee, sleepten mee, meegesleept)

  1. meeslepen (meetronen; meetrekken; meesleuren)
    entraîner; emporter
    • entraîner werkwoord (entraîne, entraînes, entraînons, entraînez, )
    • emporter werkwoord (emporte, emportes, emportons, emportez, )

Conjugations for meeslepen:

o.t.t.
  1. sleep mee
  2. sleept mee
  3. sleept mee
  4. slepen mee
  5. slepen mee
  6. slepen mee
o.v.t.
  1. sleepte mee
  2. sleepte mee
  3. sleepte mee
  4. sleepten mee
  5. sleepten mee
  6. sleepten mee
v.t.t.
  1. heb meegesleept
  2. hebt meegesleept
  3. heeft meegesleept
  4. hebben meegesleept
  5. hebben meegesleept
  6. hebben meegesleept
v.v.t.
  1. had meegesleept
  2. had meegesleept
  3. had meegesleept
  4. hadden meegesleept
  5. hadden meegesleept
  6. hadden meegesleept
o.t.t.t.
  1. zal meeslepen
  2. zult meeslepen
  3. zal meeslepen
  4. zullen meeslepen
  5. zullen meeslepen
  6. zullen meeslepen
o.v.t.t.
  1. zou meeslepen
  2. zou meeslepen
  3. zou meeslepen
  4. zouden meeslepen
  5. zouden meeslepen
  6. zouden meeslepen
en verder
  1. ben meegesleept
  2. bent meegesleept
  3. is meegesleept
  4. zijn meegesleept
  5. zijn meegesleept
  6. zijn meegesleept
diversen
  1. sleep mee!
  2. sleept mee!
  3. meegesleept
  4. meeslepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor meeslepen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
emporter meeslepen; meesleuren; meetrekken; meetronen afhalen; afnemen; afvoeren; ledigen; leeghalen; leegmaken; legen; meedragen; meenemen; ophalen; wegdragen; weghalen; wegnemen; wegsjouwen; wegslepen; wegvoeren
entraîner meeslepen; meesleuren; meetrekken; meetronen aanlokken; africhten; begeleiden; bekwamen; coachen; dier africhten; dresseren; harden; leiden; lokken; meelokken; meevoeren; met zich meeslepen; oefenen; ontwikkelen; repeteren; trainen; trekken; uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; verleiden; verlokken; vlakken; voeren; voortlokken; voorttrekken; weglokken; wegvegen; wissen

Wiktionary: meeslepen

meeslepen

Verwante vertalingen van meeslepen