Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. misvormd:
  2. misvormen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor misvormd (Nederlands) in het Frans

misvormd:


misvormd vorm van misvormen:

misvormen werkwoord (misvorm, misvormt, misvormde, misvormden, misvormd)

  1. misvormen (verminken; mismaken)
    mutiler; défigurer; déformer
    • mutiler werkwoord (mutile, mutiles, mutilons, mutilez, )
    • défigurer werkwoord (défigure, défigures, défigurons, défigurez, )
    • déformer werkwoord (déforme, déformes, déformons, déformez, )

Conjugations for misvormen:

o.t.t.
  1. misvorm
  2. misvormt
  3. misvormt
  4. misvormen
  5. misvormen
  6. misvormen
o.v.t.
  1. misvormde
  2. misvormde
  3. misvormde
  4. misvormden
  5. misvormden
  6. misvormden
v.t.t.
  1. ben misvormd
  2. bent misvormd
  3. is misvormd
  4. zijn misvormd
  5. zijn misvormd
  6. zijn misvormd
v.v.t.
  1. was misvormd
  2. was misvormd
  3. was misvormd
  4. waren misvormd
  5. waren misvormd
  6. waren misvormd
o.t.t.t.
  1. zal misvormen
  2. zult misvormen
  3. zal misvormen
  4. zullen misvormen
  5. zullen misvormen
  6. zullen misvormen
o.v.t.t.
  1. zou misvormen
  2. zou misvormen
  3. zou misvormen
  4. zouden misvormen
  5. zouden misvormen
  6. zouden misvormen
diversen
  1. misvorm!
  2. misvormt!
  3. misvormd
  4. misvormend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor misvormen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
défigurer mismaken; misvormen; verminken bederven; een andere vorm geven; in elkaar slaan; stukmaken; toetakelen; verbroddelen; verhaspelen; verklungelen; verknallen; verknoeien; verpesten; vervormen; verzieken
déformer mismaken; misvormen; verminken een andere vorm geven; omvormen; reorganiseren; verdraaien; vertekenen; vervormen; woorden verdraaien
mutiler mismaken; misvormen; verminken bederven; stukmaken; verbroddelen; verklungelen; verknallen; verknoeien; verpesten; verzieken

Wiktionary: misvormen

misvormen
verb
  1. priver de l’usage d’un membre, soit par une blessure, soit par quelque coup, soit par une maladie. cf|estropié