Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. omhouwen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor omhouwen (Nederlands) in het Frans

omhouwen:

omhouwen werkwoord (houw om, houwt om, hieuw om, hieuwen om, omgehouwen)

  1. omhouwen
    abattre
    • abattre werkwoord (abbats, abbat, abbattons, abbattez, )

Conjugations for omhouwen:

o.t.t.
  1. houw om
  2. houwt om
  3. houwt om
  4. houwen om
  5. houwen om
  6. houwen om
o.v.t.
  1. hieuw om
  2. hieuw om
  3. hieuw om
  4. hieuwen om
  5. hieuwen om
  6. hieuwen om
v.t.t.
  1. heb omgehouwen
  2. hebt omgehouwen
  3. heeft omgehouwen
  4. hebben omgehouwen
  5. hebben omgehouwen
  6. hebben omgehouwen
v.v.t.
  1. had omgehouwen
  2. had omgehouwen
  3. had omgehouwen
  4. hadden omgehouwen
  5. hadden omgehouwen
  6. hadden omgehouwen
o.t.t.t.
  1. zal omhouwen
  2. zult omhouwen
  3. zal omhouwen
  4. zullen omhouwen
  5. zullen omhouwen
  6. zullen omhouwen
o.v.t.t.
  1. zou omhouwen
  2. zou omhouwen
  3. zou omhouwen
  4. zouden omhouwen
  5. zouden omhouwen
  6. zouden omhouwen
diversen
  1. houw om!
  2. houwt om!
  3. omgehouwen
  4. omhouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor omhouwen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abattre omhouwen aan stukken breken; afbreken; afhakken; afhouwen; afkappen; afmaken; bomen kappen; breken; deprimeren; doden; doodmaken; doodschieten; doodslaan; doodvonnis uitvoeren; executeren; hakken; houwen; kappen; liquideren; neerhalen; neersabelen; neerschieten; neerslaan; om het leven brengen; omblazen; ombrengen; omhakken; omslaan; omverhalen; omverwaaien; omwaaien; onderuithalen; overhoopschieten; schieten op; slachten; slopen; stukbreken; uit elkaar halen; van kant maken; vellen; vermoorden; vloeren; wegbreken