Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ongeschiktheid (Nederlands) in het Frans

ongeschiktheid:

ongeschiktheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de ongeschiktheid (onbekwaamheid; incompetentie)
    l'incapacité; l'incompétence; l'inaptitude; l'insuffisance

Vertaal Matrix voor ongeschiktheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inaptitude incompetentie; onbekwaamheid; ongeschiktheid
incapacité incompetentie; onbekwaamheid; ongeschiktheid invaliditeit; machteloosheid; onmondigheid; onvermogen
incompétence incompetentie; onbekwaamheid; ongeschiktheid onbevoegdheid; ondeskundigheid
insuffisance incompetentie; onbekwaamheid; ongeschiktheid deficit; gebrek; manco; ontoereikendheid; tekort

Verwante woorden van "ongeschiktheid":


ongeschikt:

ongeschikt bijvoeglijk naamwoord

  1. ongeschikt (incapabel; onbekwaam; incompetent)
    incapable; inférieur; inapte; imparfait; incompétent; défectueuse; non autorisé; défectueux; sans qualification; sans compétence; inapte à

Vertaal Matrix voor ongeschikt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
incompétent ondeskundige
inférieur inferieur; mindere; onderdanige; ondergeschikte
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
défectueuse incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt gebrekkig; knudde; ondeugdelijk
défectueux incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt aan stukken; buiten gebruik; defect; gebrekkig; gebroken; in stukken; kapot; knudde; ondeugdelijk; onklaar; stuk
imparfait incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt gebrekkig; incompleet; knudde; ondeugdelijk; onvolkomen; onvolledig; onvolmaakt
inapte incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt
inapte à incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd
incapable incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd; ondeskundig
incompétent incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd; ondeskundig
inférieur incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt arm; benedenste; bijkomstig; dor; gebrekkig; inferieur; laagstaand; laagste; minderwaardig; ondergeschikt; onderhorig; ondermaats; onderste; onderworpen; ondeugdelijk; schraal; slecht; tweederangs; zwak
non autorisé incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd
sans compétence incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd
sans qualification incapabel; incompetent; onbekwaam; ongeschikt incompetent; onbevoegd; ongeschoold; ongetraind

Verwante woorden van "ongeschikt":


Wiktionary: ongeschikt

ongeschikt
adjective
  1. À trier

Cross Translation:
FromToVia
ongeschikt impropre; inconvenant; grossier improper — not in keeping with conventional mores or good manners
ongeschikt inadéquat inadequate — Not adequate
ongeschikt inepte inept — not able to do something