Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. uitgemergeld:
  2. uitmergelen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitgemergeld (Nederlands) in het Frans

uitgemergeld:

uitgemergeld bijvoeglijk naamwoord

  1. uitgemergeld (uitgeteerd; broodmager)

Vertaal Matrix voor uitgemergeld:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
maigre comme un clou broodmager; uitgemergeld; uitgeteerd graatachtig; graatmager; totaal vermagerd
maigre comme un coucou broodmager; uitgemergeld; uitgeteerd
maigre comme un échalas broodmager; uitgemergeld; uitgeteerd

Wiktionary: uitgemergeld

uitgemergeld
adjective
  1. Qui est pâle et défait

Cross Translation:
FromToVia
uitgemergeld émacié emaciated — thin or haggard

uitmergelen:

uitmergelen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. uitmergelen (vermageren; afvallen; afslanken; vermagering)
    l'amaigrissement; l'amincissement

Vertaal Matrix voor uitmergelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amaigrissement afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering overlappingsinstelling; vermageringsdieet
amincissement afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering

Wiktionary: uitmergelen


Cross Translation:
FromToVia
uitmergelen émacier; amaigrir emaciate — (transitive) make extremely thin or wasted