Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. verzwijgen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verzwijgen (Nederlands) in het Frans

verzwijgen:

verzwijgen werkwoord (verzwijg, verzwijgt, verzweeg, verzwegen, verzwegen)

  1. verzwijgen (achterhouden; verhelen)
    taire; celer; se taire de quelque chose; cacher; dissimuler; passer sous silence
    • taire werkwoord (tais, tait, taisons, taisez, )
    • celer werkwoord (cèle, cèles, celons, celez, )
    • cacher werkwoord (cache, caches, cachons, cachez, )
    • dissimuler werkwoord (dissimule, dissimules, dissimulons, dissimulez, )

Conjugations for verzwijgen:

o.t.t.
  1. verzwijg
  2. verzwijgt
  3. verzwijgt
  4. verzwijgen
  5. verzwijgen
  6. verzwijgen
o.v.t.
  1. verzweeg
  2. verzweeg
  3. verzweeg
  4. verzwegen
  5. verzwegen
  6. verzwegen
v.t.t.
  1. heb verzwegen
  2. hebt verzwegen
  3. heeft verzwegen
  4. hebben verzwegen
  5. hebben verzwegen
  6. hebben verzwegen
v.v.t.
  1. had verzwegen
  2. had verzwegen
  3. had verzwegen
  4. hadden verzwegen
  5. hadden verzwegen
  6. hadden verzwegen
o.t.t.t.
  1. zal verzwijgen
  2. zult verzwijgen
  3. zal verzwijgen
  4. zullen verzwijgen
  5. zullen verzwijgen
  6. zullen verzwijgen
o.v.t.t.
  1. zou verzwijgen
  2. zou verzwijgen
  3. zou verzwijgen
  4. zouden verzwijgen
  5. zouden verzwijgen
  6. zouden verzwijgen
diversen
  1. verzwijg!
  2. verzwijgt!
  3. verzwegen
  4. verzwijgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verzwijgen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cacher achterhouden; verhelen; verzwijgen achterhouden; bedekken; bemantelen; beschermen; bescherming bieden; beschutten; beveiligen; camoufleren; gevoelens verdringen; hullen; iemand van de plaats dringen; in omgeving op laten gaan; inhullen; maskeren; omhullen; van alarm voorzien; verbergen; verdringen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen; wegsteken; wegstoppen
celer achterhouden; verhelen; verzwijgen achterhouden; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verstoppen; wegstoppen
dissimuler achterhouden; verhelen; verzwijgen achterhouden; bedekken; bemantelen; beveiligen; hullen; inhullen; maskeren; omhullen; ontveinzen; van alarm voorzien; verbergen; verbloemen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen; wegstoppen
passer sous silence achterhouden; verhelen; verzwijgen
se taire de quelque chose achterhouden; verhelen; verzwijgen achterhouden; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verstoppen; wegstoppen
taire achterhouden; verhelen; verzwijgen achterhouden; bemantelen; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
cacher bedekken; met iets bestrijken

Wiktionary: verzwijgen

verzwijgen
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens