Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voorlopig (Nederlands) in het Frans

voorlopig:

voorlopig bijvoeglijk naamwoord

  1. voorlopig (tijdelijk; provisorisch; temporeel; )
    temporaire; provisoire; temporairement; intérimaire; provisoirement; temporel; momentané
  2. voorlopig (vrijblijvend; informeel)
    sans engagement; informel; non obligatoire; facultatif; sans contrainte; décontracté; optionnel; nonchalant; familier; nonchalamment; familière
  3. voorlopig (de komende tijd)
    le temps qui vient; temporel; temporairement; provisoire; intérimaire; provisoirement; temporaire; passager; transitoire; passagère
  4. voorlopig (vooralsnog; vooreerst; voorshands)
    provisoirement; pour le moment; pour l'instant

Vertaal Matrix voor voorlopig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
familier gast; habitué; stamgast; vaste klant
intérimaire hulpkracht; invaller; noodhulp; plaatsvervanger; remplaçant; representant; substituut; uitzendkracht; vertegenwoordiger
nonchalant slodder; slodderkous; sloddervos; slons
passager inzittende; opvarende; passagier; reiziger
passagère opvarende
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
facultatif informeel; voorlopig; vrijblijvend facultatief; niet verplicht; optioneel
provisoire aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang contraceptief; preventief; tijdelijke; voorbehoedend; voorlopig bezet
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
décontracté informeel; voorlopig; vrijblijvend in het voorbijgaan; losjes; natuurlijk; ongedwongen; ongekunsteld; terloops
familier informeel; voorlopig; vrijblijvend aangenaam; bekend; brutaal; familiair; fijn; gemeenzaam; genoeglijk; gezellig; huiselijk; in het voorbijgaan; knus; knusjes; lekker; losjes; makkelijk in de omgang; niet beschroomd; onbeschroomd; onderhoudend; plezierig; prettig; sociabel; stoutmoedig; terloops; tutoyerend; vertrouwd; vrijmoedig; vrijpostig
familière informeel; voorlopig; vrijblijvend
informel informeel; voorlopig; vrijblijvend niet officieel; officieus; onbevestigd; onofficieel; zijdelings
intérimaire aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang loco-; plaatsvervangend; waarnemend
le temps qui vient de komende tijd; voorlopig
momentané aards; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang tijdelijk; voorbijgaand
non obligatoire informeel; voorlopig; vrijblijvend facultatief; niet bindend; niet verplicht; niet verplichtend
nonchalamment informeel; voorlopig; vrijblijvend achteloos; gedachteloos; nalatig; onwillekeurig; werktuiglijk; zonder erbij na te denken
nonchalant informeel; voorlopig; vrijblijvend flodderig; nalatig; nonchalant; slobberig; slodderig
optionnel informeel; voorlopig; vrijblijvend facultatief; niet verplicht
passager de komende tijd; voorlopig tijdelijk; voorbijgaand
passagère de komende tijd; voorlopig tijdelijk; voorbijgaand
pour l'instant vooralsnog; vooreerst; voorlopig; voorshands huidig; momenteel; tegenwoordig; van vandaag
pour le moment vooralsnog; vooreerst; voorlopig; voorshands huidig; momenteel; nu; op het moment; tegenwoordig; thans; van vandaag
provisoirement aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; vooralsnog; voorbijgaand; vooreerst; voorlopig; voorshands; zolang huidig; momenteel; tegenwoordig; van vandaag
sans contrainte informeel; voorlopig; vrijblijvend 'tuurlijk; allicht; bijgevolg; dus; in een handomdraai; in het voorbijgaan; logisch; losjes; moeiteloos; natuurlijk; ongedwongen; ongekunsteld; onontkomelijk; onverplicht; spontaan; terloops; uit vrije wil; uiteraard; vanzelf; vanzelfsprekend; vrijwillig; zeker; zonder moeite; zonder twijfel
sans engagement informeel; voorlopig; vrijblijvend
temporaire aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang temporeel; tijdelijk; tijdelijke; voorbijgaand
temporairement aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang tijdelijk; voorbijgaand
temporel aards; de komende tijd; kortstondig; provisorisch; temporeel; tijdelijk; tussentijds; voor enige tijd; voorbijgaand; voorlopig; zolang
transitoire de komende tijd; voorlopig eindig; haastig; kortstondig; terloops; vergankelijk; vluchtig; voorbijgaand

Verwante woorden van "voorlopig":

  • voorlopigheid, voorlopige

Antoniemen van "voorlopig":


Verwante definities voor "voorlopig":

  1. wat geldt voor een beperkte periode1
    • we nemen een voorlopige beslissing1

Wiktionary: voorlopig

voorlopig
adjective
  1. tijdelijk in afwachting van iets definitiefs
voorlopig
adjective
  1. Qui se fait attendre une autre chose, préalablement à une autre chose qui sera définitive.
  2. Pour une durée limitée, éphémère.

Cross Translation:
FromToVia
voorlopig → pour l'instant; pour le moment for now — at the moment; until later
voorlopig pour le moment for the time being — temporarily; until later
voorlopig provisoire; temporaire transitional — temporary; pending the implementation of something new

Verwante vertalingen van voorlopig