Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. anders:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor anders in het Nederlands

anders:

anders bijvoeglijk naamwoord

  1. anders
    verschillend; anders; afwijkend; anderszins
  2. anders
    – niet hetzelfde 1
    anders; verschillend; ongelijk
    – niet hetzelfde 1
    • anders bijvoeglijk naamwoord
      • is deze trui anders dan de trui van je broer?1
    • verschillend bijvoeglijk naamwoord
      • wij denken daar verschillend over1
    • ongelijk bijvoeglijk naamwoord
      • hij droeg twee ongelijke schoenen1
  3. anders
    – als het niet zo is 1
    anders
    – als het niet zo is 1
    • anders bijvoeglijk naamwoord
      • we kunnen gaan schaatsen of anders naar de bioscoop1
  4. anders
    – eigenlijk 1
    anders
    – eigenlijk 1
    • anders bijvoeglijk naamwoord
      • ben je blij? daar zie je anders niet naar uit1
  5. anders
    – op andere tijden 1
    anders
    – op andere tijden 1
    • anders bijvoeglijk naamwoord
      • Jan is erg stil terwijl hij anders altijd veel te vertellen heeft1

Alternatieve synoniemen voor "anders":


Antoniemen van "anders":


Verwante definities voor "anders":

  1. niet hetzelfde1
    • is deze trui anders dan de trui van je broer?1
  2. als het niet zo is1
    • we kunnen gaan schaatsen of anders naar de bioscoop1
  3. eigenlijk1
    • ben je blij? daar zie je anders niet naar uit1
  4. op andere tijden1
    • Jan is erg stil terwijl hij anders altijd veel te vertellen heeft1

Verwante synoniemen voor anders