Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. beurt:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor beurt in het Nederlands

beurt:

beurt [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de beurt
    het spelletje; de beurt; het rondje
    • spelletje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • beurt [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rondje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. de beurt
    – keer dat iemand of iets behandeld wordt 1
    de beurt
    – keer dat iemand of iets behandeld wordt 1
    • beurt [de ~] zelfstandig naamwoord
      • wie is aan de beurt?1

Verwante woorden van "beurt":

  • beurten

Verwante definities voor "beurt":

  1. keer dat iemand of iets behandeld wordt1
    • wie is aan de beurt?1

Verwante synoniemen voor beurt