Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor bewaker in het Nederlands

bewaker:

bewaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bewaker
    de suppoost; de bewaker; de portier; de wacht
    • suppoost [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bewaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • portier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • wacht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de bewaker
    de bewaker; de wacht; de cipier; de gevangenbewaarder
  3. de bewaker
    de portier; de bewaker; deurwachter; de suppoost; de wacht
    • portier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bewaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • deurwachter [znw.] zelfstandig naamwoord
    • suppoost [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • wacht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord