Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Nederlands ->Zoek: bijhouden

Nederlandse zoekresultaten voor: bijhouden

Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. bijhouden:

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor bijhouden in het Nederlands

bijhouden:

bijhouden werkwoord (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)

  1. bijhouden
    bijhouden; bijblijven; bijbenen
    • bijhouden werkwoord (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)
    • bijblijven werkwoord (blijf bij, blijft bij, bleef bij, bleven bij, bijgebleven)
    • bijbenen werkwoord (been bij, beent bij, beende bij, beenden bij, bijgebeend)
  2. bijhouden
    bijhouden
    • bijhouden werkwoord (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)
  3. bijhouden
    – het tempo kunnen volgen 1
    bijhouden
    – het tempo kunnen volgen 1
    • bijhouden werkwoord (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)
      • het kind kon zijn vader niet bijhouden1
  4. bijhouden
    – er geregeld aan werken 1
    bijhouden
    – er geregeld aan werken 1
    • bijhouden werkwoord (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)
      • ik houd de boekhouding bij1

Conjugations for bijhouden:

o.t.t.
  1. houd bij
  2. houdt bij
  3. houdt bij
  4. houden bij
  5. houden bij
  6. houden bij
o.v.t.
  1. hield bij
  2. hield bij
  3. hield bij
  4. hielden bij
  5. hielden bij
  6. hielden bij
v.t.t.
  1. heb bijgehouden
  2. hebt bijgehouden
  3. heeft bijgehouden
  4. hebben bijgehouden
  5. hebben bijgehouden
  6. hebben bijgehouden
v.v.t.
  1. had bijgehouden
  2. had bijgehouden
  3. had bijgehouden
  4. hadden bijgehouden
  5. hadden bijgehouden
  6. hadden bijgehouden
o.t.t.t.
  1. zal bijhouden
  2. zult bijhouden
  3. zal bijhouden
  4. zullen bijhouden
  5. zullen bijhouden
  6. zullen bijhouden
o.v.t.t.
  1. zou bijhouden
  2. zou bijhouden
  3. zou bijhouden
  4. zouden bijhouden
  5. zouden bijhouden
  6. zouden bijhouden
diversen
  1. houd bij!
  2. houdt bij!
  5. bijgehouden
  6. bijhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bijhouden [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. bijhouden
    bijhouden; bijbenen

Alternatieve synoniemen voor "bijhouden":


Antoniemen van "bijhouden":


Verwante definities voor "bijhouden":

  1. het tempo kunnen volgen1
    • het kind kon zijn vader niet bijhouden1
  2. er geregeld aan werken1
    • ik houd de boekhouding bij1







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0254 seconde
Page rendered in 1.0 seconds