Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. bonje:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor bonje in het Nederlands

bonje:

bonje [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bonje
    – toestand van kwaad zijn op elkaar 1
    de ruzie; de bonje
    – toestand van kwaad zijn op elkaar 1
    • ruzie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
      • mijn broers hebben altijd ruzie1
    • bonje [de ~] zelfstandig naamwoord
      • mijn ouders hebben weer bonje1

Alternatieve synoniemen voor "bonje":


Verwante definities voor "bonje":

  1. toestand van kwaad zijn op elkaar1
    • mijn ouders hebben weer bonje1