Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. cassette:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor cassette in het Nederlands

cassette:

cassette [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de cassette
    de cassette; het cassettebandje
  2. de cassette
    – houder met band met geluid en/of beeld 1
    de cassette
    – houder met band met geluid en/of beeld 1
    • cassette [de ~] zelfstandig naamwoord
      • op deze cassette staat de toespraak van de koningin1
  3. de cassette
    – kist of koffertje 1
    de cassette
    – kist of koffertje 1
    • cassette [de ~] zelfstandig naamwoord
      • het bruidspaar kreeg een cassette met bestek1

Verwante woorden van "cassette":

  • cassetten, cassettes

Verwante definities voor "cassette":

  1. houder met band met geluid en/of beeld1
    • op deze cassette staat de toespraak van de koningin1
  2. kist of koffertje1
    • het bruidspaar kreeg een cassette met bestek1