Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor honorarium in het Nederlands

honorarium:

honorarium [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het honorarium
    het honorarium; het salaris; het loon; de bezoldiging; de verdienste; de gage; het arbeidsloon; het traktement; de soldij; de wedde
    • honorarium [het ~] zelfstandig naamwoord
    • salaris [het ~] zelfstandig naamwoord
    • loon [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bezoldiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • verdienste [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gage [de ~] zelfstandig naamwoord
    • arbeidsloon [het ~] zelfstandig naamwoord
    • traktement [het ~] zelfstandig naamwoord
    • soldij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • wedde [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. het honorarium
    – loon voor werk dat je niet in dienstverband verricht 1
    het honorarium
    – loon voor werk dat je niet in dienstverband verricht 1
    • honorarium [het ~] zelfstandig naamwoord
      • welk honorarium krijgt deze journalist?1

Verwante woorden van "honorarium":

  • honorariums

Verwante definities voor "honorarium":

  1. loon voor werk dat je niet in dienstverband verricht1
    • welk honorarium krijgt deze journalist?1